20 december 2005

DE NIEUWE RONSENAAR (25)

Beste Pol Kerckhove,

Je bent voorzitter van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn. Je bent bovendien het Spa-boegbeeld van progressief Ronse. Je bent ook goed omringd door een fijne equipe van gelijkgestemde kameraden. Dag na dag zet je je in om mensen voor wie het leven fout loopt, weer op de weg te helpen. Je hebt, op dat van de burgemeester na, het zwaarst gechargeerde spreekuur van alle Ronsese mandatarissen. Je zit in de eerste lijn van de miserie des mensen. Je staat in de vuurlinie van het harde bestaan. Dag na dag word je geconfronteerd met het leven van zovelen aan de zelfkant. De verdoken armoede. De hulpeloosheid. Want als rijkdom erin slaagt om, via het oneerlijke spel van geërfde vermogens generaties erven te verwennen, dan werkt dit systeem helaas ook omgekeerd. Kansarme kinderen, opgegroeid in het desolate nomansland van zwarte armoe, hebben vaak ook generaties nodig om het tij te keren.

Je bent OCMW-voorzitter van Ronse en je werkt maar voort in je kantoor. Ver van de schone schijn. Ver van de sjieke diners waar de beau monde, of wat daar graag voor doorgaat, stoere en gratuite taal spuit over ‘al die leegaards en die grauwe’. Dagelijks zie jij in je eentje de donkere achterkant van het joepieverhaal dat met zoveel zelfgenoegzame arrogantie (op)geblazen wordt door de zelfverklaarde winners van de maatschappij. Je kent ze wel al die pipo’s die, het haar in de gel en de kont in hun Armani, geld scheppen als slijk, maakt niet uit hoe. Diegenen die altijd klaar staan om zichzelf te valoriseren en de anderen te (d)evalueren ofschoon ze zelf nog geen foutloze brief op papier krijgen. Parvenuutjes die denken dat de wereld een golfterrein is en elke andere mens het balleke aan hun stick.

Je werkt almaar voort. In je eentje. In stilte. ‘s Avonds ben je afgepeigerd. Je bent er kapot van. Goed dat je graag en vaak onder de mensen komt en al eens vrolijk kan doorzakken om te bekomen van al die ellende. Want overdag is het dweilen met de kraan open. Iedereen helpen, is al langer je devies. Je hebt niet gewacht op Johan Van de Lanotte om ervoor te gaan in Ronse. Waal, Vlaming, migrant maakt niet uit. Je merkt natuurlijk wel dat er nogal wat Walen tussen zitten. Gewezen kiezers van je rode kameraden over de taalgrens. Verloren gelopen stemmers van Demotte en Di Rupo. Maar goed, ze komen nu eenmaal afzakken naar Ronse. Die taalfaciliteiten jawel. En dus vang je ze op. Iedereen is iedereen. Je helpt ze. Zo goed en zo kwaad als dat gaat.

Dan, op een dag, ervaar je het toppunt van wat de ware paradox is van de Spa in een stad als Ronse. Ze vragen je toch wel - in het Waals dan nog - of je soms voor hen geen kaarten hebt… voor de barbecue van het Vlaams Belang. Ze hebben ergens menen te lezen, sorry ze verstaan geen Nederlands, dat er kaarten voor die barbecue te bekomen zijn…bij de VB-raadsleden van het OCMW. Te gek voor woorden. Een goeie grap misschien. Ware het niet dat we dan als Ronsenaars wel met onszelf zitten te lachen. Op dat eigenste moment begrijp je precies wat er zo fout is gelopen in deze stad. Dit is gewoon de tijd geworden van het pakken. Het meegraaien waar en wat je krijgen kunt en bij de grootste bieder. Loyauteit, dankbaarheid, fideliteit, partijgetrouwheid het is allemaal voorbij. C’est le dernier qui a parlé qui a raison.

Maar toch ga je door. Je doet het omdat mensen helpen nu eenmaal echt je ideaal is. Je hoopt wel dat op een dag de mensen je ondankbare werk zullen afwegen tegenover de holle frasen, de opsmijterij, de vrijblijvende vetbetaalde parlementaire salarissen van andere Ronsese kopstukken. Je bewandelt nu eenmaal de moeilijkste weg. Je doet de meest ondankbare job van de Ronsese politiek.

Beste Pol Kerckhove, laat je door dit alles vooral niet ontmoedigen. Het is namelijk tegelijk de meest nobele taak die een mandataris kan opnemen. Je bent meer dan wie ook in Ronse bezig met de essentie van politiek. Mensen helpen. Alle mensen. Zonder onderscheid. Die rechtvaardigheid, die solidariteit die je zo hard wil voor eenieder, niet de ene ten koste van de ander, siert je zo als mens. Of het je daarom ook de navenante stemmen zal opleveren, weet ik nog zo niet. Je verdient in elk geval de waardering van alle progressieve mensen van Ronse die zich al dan niet in de naam van de roos betrokken voelen bij de medemens.

Dat kantoortje daar van jou, waar je dagelijks dergelijke gekke toestanden meemaakt, soms radeloze agressie opvangt, stalking en afdreiging en wat al niet : het is dan misschien de achterdeur van Wallonië maar het is tegelijk de voordeur van Vlaanderen. Het is vooral de harteklop van Ronse. And you’ll never walk alone.