03 juli 2006

VADER DAG

41. Je reisroute met de SS Zeelandia. Ze ligt hier voor me. SS staat voor Steam Ship. Later zou dat wat anders gaan betekenen.

(Daarover had ik je wel ’s willen lezen, vaderfiguur. Wat ze deden met nonkel Theo, in Buchenwald. Hoe hij er volgens getuigen die het overleefden op handen en voeten liep. Hoe hij nog net wel de bevrijding haalde, nooit meer de terugkeer. Hoe hij er op de dag van zijn eenentwintigste verjaardag stierf van uitputting).

Je reisweg oogt als een bestelbon voor geleverde stoffen. Een boekhouder ben je. Een ontdekkingsreiziger en een reisverhalenauteur van mijn voeten. De waarheid is hard, ja. Mais qui trop embrasse, mal étreint. Wie zijn vader liefheeft, spaart de roede niet. Ik moet mijn plicht doen en je opvoeden. De opvoeding die je me zelf niet gunde, geef ik je dubbel terug. Ik wil een fijne vader van je maken. Een vader om fier op te zijn later, als ik groot zal zijn.
Je zal zien, Ons Here ’n slaat niet of hij zalft. Ik wil je harden voor het bestaan. Dat je karakter kweekt. Ik weet wat het is om week en teer door het leven te moeten, zonder papa. Bij de eerste serieuze hindernis struikelt het paard, laat de ruiter het al afweten. Nee, ik geef je de harde leerschool. Ik wil een sterke papa die op zijn eigen benen staat, uit zichzelf groeit. Ik ga je kneden. Tot je groot genoeg bent om mijn sterke papa te zijn.

42. Een comptable ben je. Zoals meneer Gérard in zijn kantoortje naast het jouwe in de fabriek. Het jouwe: leeg. Een cijferaar meer niet. Ga vooral niet denken dat je Baron de Gerlache bent. Je notéért je reisdagen gewoon, godbetert. Fernando Pessoa in zijn boek der rusteloosheid maar zonder de schrijfkunst. Alleen maar cijfers. Dan trek je op het grote avontuur. Zit je daar gewoon een beetje je reisdagen in cijfertjes bijeen te tellen. Een bescheurkalender ben je. Werk aan de winkel, papa. Wat moet ik met jou beginnen? Je deugt voor niks. God schept de dag, jij telt ze bijeen. Flierefluiter.

Vertrek uit Amsterdam door het kanaal naar Ijmuiden.
Van Ijmuiden door de Noordzee naar Southampton (Eng.)
Door het fransch-engelsch kanaal Manche naar Cherburg (Frankrijk): 1 dag.
Vertrek uit Cherburg door de Golf van Gasconje naar La Coruna en Vigo (Spanje): 2 dagen.
Van Vigo naar Leixoes en Lissabon (Portugal). 1 dag.
Van Lissabon aanvang van den tocht op den Atlantischen Oceaan.
Naar Las Palmas (Teneriffe): 3 dagen.
Vertrek uit Las Palmas naar Pernambouco (Brazilië): 8 dagen.
Van Pernambouco naar Bahia: 1 dag.
Vertrek uit Bahia naar Rio de Janeiro: 3 dagen.
Van Rio de Janeiro tot Santos naar Montevideo (Argentinië): 3 dagen.
Uit Montevideo tot Buenos Aires: 1 dag.
______________________________________

Totaal : 23 dagen.


Onder een onnozel streepje staat het er: totaal 23 dagen. Alsof je de som van de grote leegte ook nog eens wil incasseren binnen de afgesproken betaaltermijnen. Zie ik je daar zitten in die bovendekse kooi van de SS Zeelandia. Gesteven in je driedelig pak van fijne scheerwol. Je Borsalino lichtjes naar achteren, net boven de drie diepe rimpels in je voorhoofd. Je zelf gerolde Appelterre in de mondhoek. Je potloodstompjes en je schriftjes. Allemaal pose. Dagen bijeentellen. Hoeveel dagen was je verwijderd toen, van je dubbele blunder?

Mij op de wereld mikken: 1 blunder
De wereld hierna meteen verlaten: 1 blunder
_____________________________________________

Totaal: 2 blunders.

Mij achterlaten als een overtollig embryo. Als overschotje voor het stamcellenonderzoek. Ja sorry vader, het is niet omdat je voortijdig deze planeet verlaten hebt, dat de tijd hier is blijven hangen aan de paraplu’s van Cherburg. Zoals je Cherbourg meent te moeten vervlaamsen in je reisverslag. Informeer je dan tenminste bij de Grote Programmator daar. Zullen wij hier ondertussen maar doorgaan met het ontcijferen van zijn oeuvre.

Misschien eindig ik via dat stamcellenonderzoek als vaccin tegen de ziekte van Parkinson. Zit ik hier niet langer bij een temperatuur van 34 graden celsius mijn kop te pijnigen op mijn schrijfzoektocht naar jou.

Alfonso Lopez Trujillo, een Colombiaanse kardinaal, vindt dat al wie meewerkt aan embryonaal stamcellenonderzoek in de ban van de kerk moet worden geslagen. Het Vaticaan is tegen stamcellenonderzoek omdat embryo’s niet zomaar wat weefsels zijn, maar alreeds werkelijk kleine leventjes.

De wereldautoriteit inzake stamcellenonderzoek is een Vlaamse toponderzoekster verbonden aan de Katholieke Universiteit van Leuven. Mischien moet Trujillo haar boekenmateriaal verbranden op de Oude Markt van Leuven. Bij een temperatuur van 34 graden. Zo heeft de horeca er wat aan, overvolle terrasjes.
Voor de verbranding van de boeken is een temperatuur vereist van 233 graden Celsius. Fahrenheit 451 is dat. De ontbrandingstemperatuur voor papier.

Tja eminentie, je begint als goed christen met de bescherming van het ongeboren leven en eer je het weet, eindig je bij de bloedraad van Alva, laat je François Villon en zijn maats bengelen aan de boom der kennis en sleur je toponderzoekers op de brandstapel.

43.‘Nu ik het over het verbranden van boeken heb, wil ik graag mijn hulde betuigen aan de personeelsleden van bibliotheken die, niet befaamd om hun lichaamskracht, machtige politieke relaties of grote rijkdom, overal in de Verenigde Staten onwrikbaar verzet hebben geboden tegen antidemocratische dwingelanden die geprobeerd hebben bepaalde boeken uit hun kasten te verwijderen, en die liever hun uitleenrapporten vernietigden dan aan de gedachtepolitie te moeten verraden wie die boeken had gelezen.

Dus het Amerika dat ik liefhad, bestaat nog steeds, zij het niet in het Witte Huis, het Hooggerechtshof, de Senaat, het Huis van Afgevaardigden of de media. Het Amerika dat ik liefhad bestaat nog aan de uitleenbalies van onze openbare bibliotheken.’

Heb ik je geschreven dat ik het werk van Kurt Vonnegut aan het verslinden ben? Hij schrijft dat in ‘Man zonder land’. Heb ik je verteld dat ik zelf ook een schrijver ben? Wat zou ik hier anders zitten bakken bij een temperatuur van 34 graden celsius? Eigenlijk ben ik nu meer een lezer dan een schrijver. Papier zullen ze van mij alvast niet meer kunnen verbranden. Ik verschans mij tegenwoordig noodgedwongen, zoals zovele vermaledijde Vlaamse schrijfbroeders, in een virtueel schrijvend bestaan met virtuele lezers. Uitgeven in Vlaanderen: een thriller. Maar onderweg naar jou zoek ik je op dit wereldwijde net doorheen de tijd, vind ik je in Vuurland.

44. Je oudste, mijn broer, is een verstokt vrijgezel. Als hem wat overkomt, wat god verhoede, zadelt hij me op met al zijn boeken en wat rest van de jouwe. Tienduizend stuks of meer. Wat moet ik ermee? Fahrenheit 451. Zoals het er nu naar ziet, is de dag niet veraf dat die klus op bevel door anderen geklaard wordt.

45. De weken welke ik in Patagonië heb doorgebracht, waren voor mij, niettegenstaande de wildheid van het land en de ruwheid van de bewoners, vol innige bekoring. Want trots alles heb ik er een grootsche natuurpracht mogen bewonderen. Maar tevens ook heb ik gevoeld, wat er in ’t diepste van het hart te kort is, wanneer men gansch alleen in verre landen verblijft.

En het is dan ook met een verlangen in me, dat sneller liep dan boot en trein, dat ik den terugtocht naar ’t lieve Vlaamsche vaderland ondernam. En mijn geluk terug in mijn dierbaar geboorteoord te zijn is niet in woorden te vertolken.


Kan goed zijn, ouwe. Maar eerst ben je me nog dat verhaal van de wol verschuldigd. Daarvoor ging je toch naar Patagonië zogezegd? Om de weverij van goedkope grondstof te voorzien? Vertel me eerst dàt verhaal, eer je jankt over je geliefd thuisland.
Zal ik je dan vertellen wat er van je lieve Vlaamsche vaderland geworden is, sinds je laatste reis.

En vermits je toch zo graag telt: 20.155 dagen. Zo lang wacht ik al op je terugkeer. Uit Montevidedo of Cherburg, het maakt mij niet uit. Schriftjes vol zal ik de dagen tellen. Tot je thuis komt en ik gerust slaap. Waar dient een zoon anders voor, als hij zijn eigen vader niet eens degelijk aan de start van het bestaan brengen kan?

Uit: Vader Dag. Brievenroman. Copyright Stef Vancaeneghem.