06 januari 2007

DE BENIEUWDE RONSENAAR (52)









BOMMELFEESTEN :
SFEER EN AMBIANCE
IN RONSE
EXCLUSIEF
VOOR
DE RONSENAARS
VAN HIER EN ELDERS
DE EERSTE FOTO'S
VAN EEN FEEST
ZONDER EINDE


(Foto's : Copyright 'De Benieuwde Ronsenaar'. Verplichte vermelding.Vrij gebruik)

05 januari 2007

VADER DAG
















126. Ze ligt hier voor me te glimmen op mijn schrijftafel. In een perzik doosje. Met erop, in Gutenbergse letters:

Schutz Marke
GUNTHER WAGNER
Hannover und Wien.


Exact dezelfde Pelikan die ik in je schrijfkamer heb weten liggen. Glanzend groen, in de buikholte van je koperen pennenhouder. Fijn zwart gestreept. Pure magie. Met de hand gefabriceerd. Zorgvuldig. Grondig gepolijst. Geduldig.

Volgens Herr Wagner garandeert dit de pen een grote elasticiteit. Souplesse in de geschriften. Dit is wat ik hebben moet.

Ik zie je er mee zitten schrijven, op je kaki plooistoeltje in het midden van nergens. Moleskine-schriften vol gezwollen pathos. Aan je gammele tafel, in de zoemende boomgaard van de Argentijnse Estanca. Op je kop je Stetson & Sons. Established in 1865.

(Vraag je niet af hoe ik dat zo goed weet: staat op het leder van de Stetson-pet die ik opzet, als je afwezigheid me te zwaar valt. Me wegstoppend achter mijn opgestoken kraag, op de vlucht voor het Tantalusverlangen naar jou.)

‘Los instrumentos Pelikan son fabricados con maximo cuidado y montados a mano.’

127. Uitgerekend vandaag schenkt je lieve dochter me een Lamy.

‘No design writes better’.

Ze weet dat ik een pennenfreak ben. Voelt vooral wat ons bindt, wat mij tot schrijven drijft. Ik je benjamin, zij je oorlogsdochter. Geboren Paimpolaise. Vluchtjaar ’40. Appellation Exodus Controlée.

We zijn er later nog samen teruggegaan, naar Bretagne. Met mama. Bij meneer en madame Libouban die er de hele familie herbergden, aan de waterkant. Dinard, l’île de Bréhat. Ik zocht je daar tussen messcherpe rotsen, met duizend meeuwen als hoogst onbetrouwbare gidsen.

Ik zocht je schaduw in het grote vluchthuis. Jij, réfugié Belge, ik écorché vif. Jij, niet meer wetend wat deze wereldbrand brengen zou. Een nieuw kind voor mama alvast. Een dochtertje, tussen je krijsend nest vol blauwvoeten. Storm op zee en in mijn jongenshart. Opwaaiende zomerzorgen.

Ik, je nazaat op de rotsen. Me eindeloos vergapend aan deze schuimende Bretonse zee. Niet wetend wat me overkwam, wat het leven me zonder je hand op mijn schouder brengen zou. Bretonse falaises alvast, vol melancholie. Doch vanavond Crêpe Suzette.

128. Ze schenkt me de Lamy, ik toon haar vragend mijn vers verworven Pelikan. Ze slikt haar emotie door, stelt me gerust. Neen, mijn jongensdroom was géén illusie. Mijn geheugen heeft me niet bedrogen. Jij bezat wel degelijk zo’n groen gestreept kleinood. Niet vruchteloos heb ik een halve eeuw naar dit buitensporig juweeltje verlangd.

Samen hebben je kleinkinderen voor het steunfonds gezorgd dat hun ouwe helpen zou om zijn verbeten zoektocht naar jou voort te zetten. Want geef toe, je mikte je Patagonische pastiches wel met met erg dure materialen op je ruitjesschriften. Geen goedkope opdracht om je schrijvend op de hielen te blijven. Het beste schrijfgerief was niet goed genoeg. Dopje van achttien karaat, waar was dit voor nodig? Om de stinkdieren in Patagonië te beschrijven in krampachtige krabbels? Tja, de pennen maken de geleerden niet. Sorry, ouwe.

129. Ik zocht ze overal, je pen. Geen evidente taak, in deze virtuele schrijftijd die evenzeer straal aan jou voorbijgaat als Iskariot aan Hemelse poorten.

Na een lange speurtocht (bijna gaf ik het op) vond ik ze simpelweg bij vriendelijke mensen hier in eigen stad: bovenaan de straat nog wel waar nog steeds je huis staat. Op de weg die ik twaalf jaar nam naar de school: waar ik op proclamaties vruchteloos naar je zocht.

Meteen hadden ze het door, dat ik geen toevallige koper was. Het allerlaatste exemplaar, verduidelijkten ze me. Wordt alleen nog gevraagd door zonderlingen van mijn slag.

Voortaan schrijf ik dus met de remake van je schrijfjuweel. De originele, die waarrond je je wijsvinger krulde aan zilveren rivieren in de pampa, is vergleden in de glooiingen van verhuizingen. In de ravijnen van de tijd. Doch schrijven blijft voor ons een bezetenheid van dag en nacht, papa.

Tour de Trance: ‘Zijn Pontiac stond stil, zijn Pelikan schreef voort.’

Voorlopig gluur ik er alleen nog maar naar. Nu en dan weg geilend van mijn scherm met berichten van buiten. Begerig. Als een kind naar de naderende ijskar van La Renommée. Mij verwonderen doe ik, om het bijhorend sierlijke inktpotje.

Köningsblau.
Füllhaltertinte: 4001.
Gezetzlich Geschützt Brevete.
Original Etikett aus dem Jahre 1897.


Straks ga ik ervoor, schrijf ik ermee. Zesenvijftig jaar na je dood. Eerst nog wat voort verlangen. Naar tijdloze schoonheid.

130. Zoals in dit koninklijk gedicht.

De dingen die voorbij zijn, blijven rustig verderleven,
sereen, omdat ze niet meer zo acuut
en niet meer slechts zo heel heel even
moeten gebeuren van minuut tot minuut.

Zo ging mijn vader, sinds hij stierf
ook in mijn dromen al een paar keer dood, maar trager,
er niet de tijd voor nemend, maar een eeuwigheid,
en leeft hij toch nog verder, verder en wat vager.

Hij zegt niets meer, hij is een sfeer, mijn vader,
van ouwe woorden, het woord ‘altegader’,
het woord ‘gelaat’ en ‘schoot’ (van ons gezin) en ‘schoon’.

Zo rustig wil ik ook wel sterven, een keer of zes, zeven
in de dromen van mijn zoon.
Tot ik gewoon blijf leven.


Ja, ik weet het. Jij kickte op Stéphane Mallarmé, op Gezelle Gwiedo. Ik op Minne Richard. En op de Coninck, auteur van dit gedicht. Bijna gaat het over jou. Benijden doe ik hem, de Coninck. Om die gemiste sfeer. Om de woorden die jij me niet gaf.
Om dat ‘altegader’.

De ene Schepper gunde de andere geen rustig sterven. Hij stuikte neer, net als jij. In een straat van Lissabon. Of was het Barcelona, sla me dood.
Dood en dichter bij jou.

‘Vader Dag’. Brievenroman. Copyright Stef Vancaeneghem.

04 januari 2007

DE BENIEUWDE RONSENAAR (51)




SECRETARIS
JONG VLD
JELLE VERVAEKE
HAALT SCHERP
UIT NAAR
MEERDERHEID








‘HOE DOM WAREN WE OM DIE WOORDBREKERS TE GELOVEN’


Op de site van VLD Ronse licht Jelle Vervaeke, secretaris van Jong VLD, de sluier over de ‘mislukte afspraken’ die er achter de schermen werden gemaakt om Natascha Meeuws voor de VLD te op basis van haar anciënniteit te doen benoemen in de OCMW-Raad.

Zoals we eerder berichtten moest Meeuws door steun vanuit de meerderheid maandag de duimen leggen voor Elien Van Coppenolle, de kandidaat van de rivaliserende blauwe partij GB-IC.


Van Jan naar Tijl naar Pol

Jelle Vervaeke: ‘Daar zowel GBIC als VLD slechts twee gemeenteraadsleden hebben, kunnen ze elk slechts 12 stemmen uitbrengen (6 per gemeenteraadslid) om iemand uit hun partij te laten zetelen in de OCMW raad. De andere partijen echter konden elk hun lijstje verkozenen rond maken met de ogen dicht en hadden zelfs dan nog stemmen over.

Dus de scenario’s werden al van lang te voren overlopen en het scenario bestond dus voor zowel de VLD als voor GBIC dat een bestuurspartij of het Vlaams Belang een extra stem zou kunnen uitbrengen op een van de voorgedragen kandidaten van deze partijen.

Als VLD hadden we dit ook voorzien… om die reden heeft onze voorzitter Patrick De Dobbeleer gesprekken gehad met Jan Foulon van de CD&V en met Tijl Bondue van SPA. Verkennende gesprekken uiteraard… trachtende te achterhalen wat hun “plannen” waren.

De heer Foulon wist onze voorzitter te vertellen dat er geen sprake was om stemmen aan andere partijen toe te kennen en dat ze dan ook zelf op veilig gingen spelen door al hun eigen kandidaten, het maximum aantal stemmen nodig, te geven. Jan wist ons ook te vertellen dat er geen “afspraken” waren gemaakt met SPA of zelfs met GBIC om de resultaten te “manipuleren”.

De heer Tijl Bondue echter vertelde zonder schaamte dat hij, als voorzitter van de SPA, hier niet over te beslissen had maar dat deze bal in het kamp van de heer Pol Kerckhove lag. Pol liet weten dat ook binnen SPA geen plannen waren om goocheltrucks met stemmen uit te halen.

Woordbreuk

Op basis van deze informatie, achtten wij het onnodig om verdere stappen te ondernemen en te gaan lobbyen om garanties voor het mandaat van onze eigenste ervaringsdeskundige Natascha Meeuws.

Aangezien er bij een gelijk aantal stemmen automatisch gekozen wordt voor de persoon die het langst in de OCMW raad zetelt en/of voor de jongste kandidaat, waren wij ervan overtuigd dat we met Natascha zo goed als zeker waren van een meer dan bekwame kandidate binnen het OCMW-bestuur van Ronse.

Een kandidate met 6 jaar ervaring in verschillende comité’s en commissies van het OCMW (Overlegcomité Stad - O.C.M.W. ; Budgetcommissie; OVERO, Openbare Vereniging Ronse; Basisoverlegcomité; Hoog Overlegcomité en Bijzonder Onderhandelingscomité, bestuurder van het voormalige AURORA-ziekenhuis). Iemand die durft de vinger in de wonde leggen en die de OCMW raad durft confronteren met die zaken die onze stad en zijn sociaal beleid kunnen schaden. Iemand met ervaring, motivatie en gezond verstand.

Maar hoe dom waren wij om de “gentleman’s agreement” van de voorzitters en machthebbers van de bestuurspartijen te geloven? De eerste kans die ons “frisse” en “nieuwe” bestuur krijgt om hun woord te breken en om van de o zo lastige weg van eerlijkheid en oprechtheid af te wijken, grijpt ze met beide handen om ze tegen zich aan te drukken als een angstige baby zijn lievelingsteddybeer…

Door de overdracht van 1 stem (van SPA-Groen! of CD&V) kreeg de GBIC voorgedragen Elien Vancoppenolle, de 54 jarige postbode die met amper 159 voorkeurstemmen uit de verkiezingen van 2006 kwam, zijn zetel in de OCMW raad van Ronse voor de komende 6 jaar.

En de afgescheurden van het reeds verbrokkelde en gehavende GBIC lachten ons uit met een blik van “deze slag is voor ons…”

Hoe klein?

Bron: http://www.vldronse.be/vld/nieuws.asp#2

DE BENIEUWDE RONSENAAR (50)













FAMILIE KERCKHOVE DOMINEERT POLITIEK

OCMW RAAD IN DE STARTBLOKKEN

SAMENSTELLING VAN DE OCMW-RAAD

Namens CD&V:

Guy Heylens
Isabelle Stockman
Angélique Syroit
Ben Van Wetter

Namens SP.a:

Pol Kerckhove (Voorzitter)
Sylvie Miclotte
Geoffroy Den Haerynck

Namens Vlaams Belang:

Paul Eerdekens
Brigitte Goddaer
Olivier Renaer

Namens GB/IC:

Elien Van Coppenolle

MACHTSCONCENTRATIE FAMILIE KERCKHOVE

De directe familie en dichte aanverwanten rond gewezen burgemeester Walter Kerckhove blijken na de gemeenteraadsverkiezingen sterker vertegenwoordigd dan ooit. Dit in zowel het Ronsese beleid, als in de lokale socialistische politiek.
Een veelzeggend overzicht:

Walter Kerckhove:

Ere-burgemeester.
Politiek secretaris Sp.a.
Voorzitter De Nieuwe Haard.

Tijl Bondue:

Voorzitter SP.a
Toponderhandelaar nieuwe meerderheid

Pol Kerckhove: (onze foto)

Come back van het jaar als:
Niet voorgedragen schepen van rechtswege
Schepen bevoegd voor Financiën
Gemeenteraadslid
Voorzitter OCMW.

Sylvie Miclotte:

OCMW-raadslid

03 januari 2007

DE BENIEUWDE RONSENAAR (49)

INSTALLATIEVERGADERING VOL AMBIANCE

FOULON-DUPONT AL METEEN ZWAAR ONDER VUUR

ERIK TACK: ‘UW V VAN VLAAMS STAAT VOOR VALS EN VERRAAD’

CONCERTO VAN WENSEN EN VERWENSINGEN


Wie dacht dat de installatie van de nieuwe bestuursploeg Dupont-Deriemaker gisteravond een veredelde nieuwjaarsreceptie zou worden met alle voorspelbare clichés der welwillendheid en een glaasje Hoge Mote na, kreeg tot eenieders verrassing meteen het betere vuurwerk geserveerd.

Erik Tack heeft zijn doos pijlen meegebracht en lost er meteen een paar recht in het ‘wezen’ van de CD&V.

Tack: ‘Uw V staat niet voor Vlaams, maar voor Vals en Verraad. De enige CD&V’er die zich een echt Vlaming mag noemen, is Frans Deruyck. Hier vanavond aanwezig als toeschouwer. Stop u niet weg, Frans.’

(Waarop de kwieke tachtiger en Vlaamse voorvechter wegduikt achter een pilaar, om van de emotie te bekomen allicht).

‘De Benieuwde Ronsenaar’ neemt u hieronder mee op tournee naar de gemeenteraad en de coulissen van het Ronsese bestuur.


In het belang van onze geliefde stad…

De eedaflegging van de nieuwe raadsleden en schepenen begint aanvankelijk als een routineklus, met gezellige onderonsjes hier en daar. Het lijkt wel een plechtige proclamatie van de gekozenen des volks, in aanwezigheid van hun fiere familie en supporters.

Het gaat er dan allemaal nog hoogst gemoedelijk aan toe. Wat zijn we toch lief voor mekaar. Hoewel. Timeo danaos et dona ferentes. Wees op je hoede voor de Grieken ook al komen ze met geschenken. Christiane Modde (Vlaams Belang) heeft de rechterarm in het gips en mag van Luc Dupont de eed afleggen… met de linkerhand. Het brave mens maakt net geen vuist.

Dokter Jacques Vanherpen, die zijn patiënten in een persoonlijk schrijven ooit opriep om te stemmen voor Orphale Crucke (Sp.a) neemt nu uitgebreid foto’s van zijn dierbare, Brigitte Goddaer,(Vlaams Belang) die net als alle anderen zweert dat ze de verplichtingen van haar mandaat trouw zal nakomen.

(De eed van trouw aan de koning hoeft niet langer. De vorst heeft vanwege verbouwingswerken van zijn zoon wel andere dingen aan het hoofd dan de trouw aan zijn kroon van pakweg Brigitte Goddaer uit Ronse).

Luc Dupont wenst iedereen een vruchtbaar mandaat ‘in het belang van onze geliefde stad’.

Op de overvolle publieksbanken zit zijn minzame mama die eerder op de dag ook al de eedaflegging bijwoonde bij de gouverneur. Deze kranige dame was in 1950 het allereerste vrouwelijke provincieraadslid van Oost-Vlaanderen.

Vrolijke vrienden, dat zijn wij

Vanop de persbanken lijkt de raadstafel net een omgekeerde U. Van in Tuupe. Tuupe? Was dat maar zo.

De fractie van Het Vlaams Belang ligt helaas al in stukken nog voor het spel begint: aan twee kanten van de tafel.

De liberale ‘vrienden’ van GBIC en VLD zitten pal tegenover elkaar: veilig op schreeuwafstand.

Jan Foulon wisselt na zijn eedaflegging als voorzitter van stek met burgemeester Luc Dupont. Voor het eerst bezet Foulon aldus de (schiet)stoel van waarop hij de volgende zes jaar moet toezien op de goede orde in deze raad.

Het ziet ernaar uit dat hij werk krijgt en een voorzittershamer zal kunnen bezigen. Nog even krijgt hij de tijd om de hoop uit te spreken ‘dat er constructief zal worden samengewerkt.’

Hij zal zo meteen waar krijgen voor zijn geld.

Schoon volk, schone toiletten

Bijna denkt de verse voorzitter dat zijn eerste klus er mooi op zit, wanneer oppositieleider Erik Tack hem erop wijst dat Foulon ‘allicht vanuit zijn onervarenheid – hij is dan welgeteld vijftien minuten voorzitter - vergeten is dat ook de oppositie het woord moet krijgen.’

Het spel kan beginnen. De politessen zitten erop. De politiek wordt weer zichzelf.

Erik Tack: ‘De afgelopen zes jaren zijn alle voorstellen van de meerderheid hier systematisch goedgekeurd: omdat ze van de meerderheid kwamen. En alle voorstellen van de oppositie zijn gekelderd: omdat ze van de oppositie kwamen.'

‘Nochtans hebben wij hier voorstellen aangebracht die de meerderheid zelf later recupereerde. Drie jaar geleden stelden we voor om openbare toiletten te zetten in Ronse. Nu pakt de meerderheid daarmee uit als haar initiatief.’

‘Ik hoop op een grotere onafhankelijkheid bij de leiding van deze debatten. Zeker nu het niet langer de burgemeester zelf is die de vergaderingen leidt... Ik maak me daarover geen illusies. Maar ik hoop dat u mij verrast.’

‘Daar gaan we’, signaleert Duponts lichaamstaal, in twee sierlijk tollende oogkassen en neerstuikende mondhoeken.

Nog geen bommels en de maskers vallen al af

Erik Tack vindt het hierna ook wraakroepend dat de meerderheid de kandidaat van de liberale scheurfractie GB-IC (met name Elien Vancoppenolle) aan een zitje helpt in het OCMW.

Erik Tack: ‘Dat is toch de partij die net voor de verkiezingen een opruiende fransdolle tekst heeft verspreid gericht tegen het Vlaamstalig karakter van deze stad?’

‘De maskers vallen hier dus al af. De oude vriendschapsbanden van de vorige meerderheid zijn gewoon niet doorgeknipt. Voor mij is het klaar: de V van CD&V staat voor Vals en Verraad en niet voor Vlaams.’

Rumoer op de banken. Voorzitter Foulon geeft geen krimp. Er piept een muis in het schotelhuis. Schotels in het rond.

Erik Tack: ‘Bovendien, onze fractie wordt hier rond deze tafel zomaar in tweeën gereten. Vijf leden aan de ene kant, twee aan de andere. Dat neem ik niet. Bij jullie is er misschien geen overleg omdat er over alles toch pink op de naad gelijk wordt gestemd. Wij willen echter over elk voorstel grondig overleggen. Ik heb het recht een schorsing te vragen. Wel, ik ga dat dan ook doen elke keer we aan de overkant van de tafel moeten gaan overleggen.’

Jan Foulon ziet de nachtelijke marathonvergaderingen met ontbijt na al voor zich, belooft een herschikking.

'Typisch tjeventruken'

Waarop zowel Rudi Boudringhien als Patrick De Dobbeleer aanstippen dat een herschikking best moet kunnen en ‘dat ze er helemaal geen probleem mee hebben om naast elkander te zitten.’

Ziet eens hier. Tout le monde il est beau, tout le monde il est gentil. Is de blauwe verzoening al op til? Van klacht wederom klacht is er blijkbaar geen sprake meer. Doch lief met mekaar of niet: dat Natascha Meeuws, (kandidate van de VLD voor het OCMW) het moet afleggen tegen een alliantie van meerderheid met GB-IC zit Patrick De Dobbeleer hoog.

Zwaar ontgoochelde Patrick De Dobbeleer (tegenover ons in de wandelgangen):

‘Dat zijn nu typisch tjeventruken. We hadden gemakkelijk steun voor Natascha kunnen zoeken bij het Vlaams Belang. Pas op, ik zou zoiets niet doen. Er is met de meerderheid gebeld. Ze beloven ons van zich niet te moeien met de oppositie, ze doen het toch.’

Pol Kerckhove (later op de avond): ‘Politiek voer je niet in een paar telefoontjes hier en daar. Er bestaat ook nog zoiets als een partijbestuur.’

Kadautsie voor Rudi

Navraag in de coulissen leert ‘De Benieuwde Ronsenaar’ dat de meerderheid met dit afscheidscadeautje gewezen schepen van Financiën Rudi Boudringhien vooral heeft willen belonen voor zes jaar loyale samenwerking.

Waarnemers met een intact lange termijn-geheugen herinneren zich ook dat Natascha Meeuws ooit ‘lastige vragen’ stelde bij de fusie van ziekenhuis en hospitaal en nu de prijs betaalt voor haar ‘assertiviteit’ (lees die van haar directe omgeving).

Het antwoord ligt allicht in het spel van geven en nemen dat aan de bevolking voorbijgaat eens de kiezer heeft gekozen.

Oh ja, Nedia Trabelsi legde haar eed af in vlekkeloos Nederlands. Erik Tack bevestigde in zijn tussenkomst (en ook tegenover ons in de wandelgangen) dat hij niks heeft tegen mensen van allochtone origine. Als ze zich maar willen aanpassen en Nederlands willen leren. A la bonheur…

Tuupe vuir Roonse!




02 januari 2007

DE BENIEUWDE RONSENAAR (48)













TER ATTENTIE VAN
DE HEER ERIK TACK
ZELFVERKLAARD BURGEMEESTER

GEACHTE HEER
BESTE ERIK,

MISSCHIEN WAS U NET EVENTJES
INGEDOMMELD
IN HET VLAAMS PARLEMENT OFZO

BIJGEVOEGD ALVAST
SPECIAAL TER UWE
ATTENTIE EEN KOPIE VAN
MIJN BEROEPSPERSKAART
ALS JOURNALIST

MET MIJN BESTE WENSEN
VOOR EEN VROLIJK JAAR

NAMENS MEZELF
EN 75.OOO WAKKERE CLICKERS
DIE HET HIER HEBBEN…

GEWETEN VAN RONSE

01 januari 2007

DE BENIEUWDE RONSENAAR (47)

AAN

ALE

RONSENIERS

VAAN HIER

EN IEVERSTUIS

IN DE WIEROOD

'N GELEUKEG

NIEF JOER

LOET OES

VUURST DRUMEN

VAN ROONSE

OES

GIEREN ZIEN

EN 'T ZAA

WUI GOEN

DROEGT ZUIRGE EN:

TUUPE VUIR RONSE!

31 december 2006

DE BENIEUWDE RONSENAAR (46)

HYDRO-MESSAGE
DOOR OMER PEVENAEGE

Nieuwjaarke zoete


Zo is ook het jaar 2006 alweer bijna voorbij en de laatste dagen van het jaar zijn voor mij alweer vol aangename verrassingen. Eerst was er dat kaartje in mijn brievenbus! Van wege mijn nieuwe geburin, Madame Tembuyse, Uw weet wel – die in het appartement van de zwaarwichtige Madame Van Overmeiren was komen wonen. De voorbije weken hadden wij nader kennisgemaakt omdat wij ter zelfder tijd onze brievenbus plegen leeg te maken. Welja, de eerste keren knikten wij eens vriendelijk naar één, maar het bleek al gauw dat wij altijd omstreeks hetzelfde uur naar het portaaltje komen, en zo geraakten wij aan de klap. Want Uw kan om zeggens op Madame Tembuyse U horloge gelijkzetten. Nu ja, zij zal allicht hetzelfde over mij beweren. Enfin, zo als ik het al vermoedde, Madame T. is een intelligent, vriendelijk mens en proper op haar eigen. Als gewezen beenhouwer hebt Uw namelijk van eigens enig inzicht in de intieme hygiëne van de mensen die Uw tegen komt. Maar evengoed, heb ik nu met de Kerst dagen een beetje te open hartig met haar gesproken over mijn existentiële condities? Het zou kunnen, want bij nazicht van mijn fles Filliers blijkt de inhoud de laatste dagen weer danig geslonken, en in die omstandigheden wordt een mens al eens los lippig. Enfin, het feit is dat ik vanmorgen dat kaartje vond onder de deur van mijn appartement, waarbij dat ze mij niet alleen een gelukkig, voorspoedig en vooral gezond Nieuwjaar toewenst, maar tevens de Zondagavond vriendelijk uitnodigt om een glas te komen drinken en samen een kadjzaarken te knabbelen! En waarachtig, ik zou geen seconde twijfelen: want alles is beter dan hier op mijn alleen een eind weg te zitten kniezen, Filliers of geen Filliers. Ik ben echter niet meer zo bekend met de geplogenheden van het sociaal verkeer, om het zo maar eens te zeggen. En dus vraag ik mij af wat ik voor het mens moet meebrengen, want dat ik daar niet met lege handen mag aankomen, dat weet ik ook wel. Ik twijfel op het moment noch over een schone boekee of een goede fles wijn. Maar met bloemen moet Uw naar het schijnt oppassen - elke bloem zou een eigen betekenis hebben en ik wil zeker geen dubbel zinnige boodschappen uit zenden – het weder varen met Madame Van Overmeiren ligt noch te vers in mijn geheugen! En wat drinkt zij het liefste – rood of wit, droog of zoete? Enfin, ik heb noch wat tijd om daarover na te denken, want gelukkig zijn de meeste winkels Zondag ook open. Moest Uw een gedacht hebben, laat het gerust weten! En dan was er ook dat bericht in “Het Volk”. Ik had er bijkans over gelezen, want ik krijg die gazet ter inzage van ons Kevinneke zijn Papa. Die mens werkt in ploegen, en als hij naar zijn werk vertrekt steekt hij ze in mijn brievenbus. En zo heb ik meestal tijd genoeg om ze in de diepte uit te pluizen. Maar met het eindejaar is die mens thuis. Hij steekt mij de krant wel toe, maar alleen om ze roefroef eens rap door te bladeren. Uw moet namelijk weten dat ik zelf tegenwoordig geen gazet meer trek. Nochtans heb ik jarenlang een abonnement gehad op zowat de gehele regionale en nationale pers. Maar elke gazet droeg toen noch de boodschap van een partij of een ideologie uit. In “De Standaard”, bij voorbeeld, stond het ideaal jarenlang zelfs kernachtig naast de titel samengevat: “Alles voor Vlaanderen” en “Vlaanderen voor Christus”! Wie die gazet las wist waar hij aan toe was! En als Uw inder tijd de “Vooruit” open sloeg, dan bulderde wijlen Jos Van Eynde Uw als het ware de Internationale van tussen de bladzijden tegen. En het rare was, als Uw dan U gazet dicht vouwde, hadden de reporters Uw zelfs half en half van hun gelijk overtuigd! Het minste wat Uw dacht was toch wel: “Het is misschien wel niet waar, maar het is toch schoon gezegd.” Doorheen de jaren zijn al die gazetten echter op één gaan trekken, zodanig dat ik op het laatste na het lezen van een artikel niet eens meer kon zeggen uit welk blad het kwam. Dat was gelijk als bij de Saucisson de Paris in mijn toog: Ik had misschien wel vijf soorten, maar het verschil zat hem eigenlijk gewoon in de kleur van het plastiekse dat er rond zat. Had ik Uw een schelleke van elk laten proeven, Uw had er nooit U merk uitgehaald. Want ik deed natuurlijk op voorhand altijd het velleke eraf, dat was een deel van het servies voor onze klanten! Maar plots las ik het dus! Het stad zal in de nabije toekomst, vlak na de Zotte Maandag als ik het goed gelezen heb, strategisch in de straten opnieuw openbare pissijnen installeren. “Een tegemoetkoming op vraag van onze senioren”, verduidelijkte de schepen Deriemaker het noch ten overstaan van de plaatselijke correspondent Fernand De Vos. Daar stond het! Zwart op wit! En nu vraag ik Uw in aller bescheidenheid: wie heeft er in zijn artikel van 30 augustus in U favoriete virtuoze gazet de lokale politiekers discreet maar in niet mis te verstane bewoordingen gewezen op de urinaire noden van de gepenssioneerde ouderen? En dan beweren dat onze notabele gemeenteraadsleden geen oren hebben naar de stemme des volks! Want zegt Uw nu zelf: dat was toch geen doen om altijd op café te moeten gaan om eens naar de koer te kunnen? Te meer daar Uw na U behoefte voldaan te hebben moreel verplicht was om onder het Alziend Oog van de bazin U Trappist leeg te drinken, waardoor het luchten van U blaas dreigde te verwateren tot een vicieuze cirkel! Niet te verwonderen dat dan enkelen overgingen tot protestplassen! Wie vandezomer door het Edward Anseelestraatje** stapte had er de neus van vol! Pas op, ik heb noch de tijd gekend van het urinoir op de Koefeesten. Welnu, die vreselijke pest van ammoniak en andere die daar vooral ’s zomers hing was niet te harden. Maar niettemin, als het bij wijze van spreken hoog water stand was na U wekelijkse rondje Manillen, dan was Uw toch maar al te op gelucht dat Uw in dat stinkende, beschimmelde gootje verluchting kont vinden. Ik weet ervan mee te spreken: het portaal van onze beenhouwerij was daar maar een honderd tal meters vandaan en sommigen haalden in hun hoge nood de Veemarkt niet eens! ’s Anderendaags kon mijn Germaine zaliger eens te meer mits dweil en bleekwater de hygiënische omstandigheden van onze commerce op peil brengen. En altijd weer vielen daarbij harde woorden, want als het van haar had af gehangen kon ik maar liever voor komend met het beenhouwersmes in de aanslag de nacht op het trottoir doorbrengen. Ook al omdat ik des nachts schijn te snurken. Waarmee ik maar kwijt wil: de heer Deriemaker heeft door zijn initiatief bewezen aan één van de primaire noden van de Ronsische bevolking te gemoet te willen komen en verdient daarmee op natuurlijke wijze de erkentelijkheid van de gehele Ronsische populatie. Ik stel dan ook voor om hem met één van de met de nieuwe legislatie vrij gekomen Vlaamse straatnamen te willen bedenken. Zo als Charles-Louis Van Hove ook zijn straat kreeg wegens het aanvoeren van het water in onze schone stad, zo verdient de heer Deriemaker wat mij betreft dezelfde eer voor de afvoer ervan. Welnu, tenslotte, best lezer, en wat sommige hoofd redacteuren daar ook over mogen schrijven, deze tijd is het passend en bil lijk dat ik Uw het schoonste einde en het voorspoedigste begin van het nieuwe jaar 2007, alsmede de beste gezondheid toewens, zodat Uw met ons het zeilen en wijlen van onze schone stad voorts mee moogt maken!

Pevenaege Omer

** Beste Fernand, zo en niet anders heet het ketske dat de Vesten met de Markt verbindt van wege genoemd naar de grote Socialist die voor het alledaagse biefstuk van de gewone werkmens heeft gezorgd, eveneens mede tot dankbaarheid van de kleinschalige vleesindustrie!
P.O.