15 september 2007

DAG BOEKEN


Virus attack. Eén fatale click en ik verwijder mezelf uit mijn virtueel bestaan.
Terug naar het schrijven op ‘acid free’ papier, in zwarte schriftjes.

Ik zit op het bankje naast mijn knikkerkameraad uit de Cité. Ruik de verse inkt uit de fles van de schoolknecht. Mooi tussen de lijnen laat ik mijn kroontjespen naar de rand toe dansen. Dra drijf ik ze ondersteboven, met de letter g. Van glijden. Onder de lijn naar de onderkant duw ik ze. Waar mijn krabbels al kriebelen. Het leven als een glijbaan. Naar af.

Schrijven ja, een spel van letters. Maar de geluiden opvangen van je tijd. Niet het geruis: de melodie. Aldus de stem zijn van je generatie. Het is weinigen gegeven.

Goethe, Faulkner, Salinger, Kerouac, Camus, Céline. En bij ons? Wie anders dan de schrijver van Het Verdriet. Dat we nu met zijn allen van miserie weglachen.

Ik scrabbel maar voort, langs de meanders van zijn snel wegstromend leven. Pluk mijn dagen als letters uit de soep bijeen. Puzzel ze samen in krampachtige lettergrepen. Zoek er hopeloos mee naar een zin. Vind er geen woorden voor. Een lamentabel scrabbelaar ben ik.

Verslind John Fante. On the road to Los Angeles. Joseph Heller. Amos Oz. Arthur Japin. Smelt weg bij het proza van Yasmina Reza. Eén jaar in de schaduw van Duracell Dur à cuire Sarkozy. Dan haar alles onthullend boek met een titel als een gedicht: L'aube le soir ou la nuit. (Flammarion). Franse president onder de Kärcher van haar genadeloos trefzekere pen. Yasmina en het perfecte evenwicht tussen journalistiek en literatuur. Zij is de literaire dochter van papa Hemingway en tante Capote.

‘Le Petit Nicolas’ wou dus de flinkste jongen zijn van alle Fransen. Opdat Cécilia hem voor altijd beminnen zoude. Nooit meer weg van hem, en tegelijk voor altijd weg van hem.

‘Dag Boeken’. Autofictie. Copyright Stef Vancaeneghem.