24 maart 2007

DE BENIEUWDE RONSENAAR (106)





OOK NEDERLANDSE FREE RECORDS SHOP

DENKT AAN INVESTERING IN RONSE


‘Er is meer kans dat we in pakweg Zelzate of Ronse een nieuwe winkel openen, dan in de Brusselse Nieuwstraat of de Antwerpse Meir’.

Dat zegt Serge Couvreur, topdirecteur van de Nederlandse winkelketen Free Record Shop vandaag in De Morgen.


Free Record Shop wil nog dit jaar uitpakken met een nieuwe naam en bijbehorend logo. Die moeten de verbreding van cd's naar dvd's en games beter in de verf zetten.

De grote Free Record Megastore in hartje Brussel is al een tijdje vervangen door een kleinere winkel. Op een vraag van onze collega Emmanuel Vanbrussel van De Morgen of het hier gaat om een bewuste strategie, geeft Serge Coureur dit voor Ronse interessant antwoord:

'Die Megastore moest weg omdat het hele gebouw wordt platgesmeten. Maar ik moet eerlijk toegeven dat voor onze business - de verkoop van cd, dvd's en games - het centrum van de grootsteden te duur wordt qua huur. We gaan eerder soelaas zoeken in kleine steden. Er is dus meer kans dat we in pakweg Zelzate of Ronse een nieuwe winkel openen, dan in de Nieuwstraat of op de Meir.'

23 maart 2007

VADER DAG



















154.

We zouden beginnen met Zeeuwse. In limoen, met licht zilte haringeitjes. Op een toast van rogge. Je kan ook gaan voor Sint-Jakobsnootjes. Tu m’en donneras des nouvelles. Op een blank spiesje, met gekonfijte gember in schuimende kokossaus.

Zelf neem ik gebraden langoustines. Grote. Je hebt een gulzige zoon op de planeet gemikt. Eer je dood ging. Wist je dat? Met krokante rijstvermicelli. De langoustines bedoel ik.

Nee, dat romig schaaldierensausje laat ik voor jou. Ik verdraag namelijk geen room. Light ook niet. Ik verdraag weinig. Ik ben onverdraagzaam. Zoals ouwe roomsen van je slag horen te zijn. Een familietrekje.

De bisque mag je hebben. En de gebakken ganzenlever in versmolten bladgroente. De groene linzen uit Le Puy. Geparfumeerd met Arganolie. Zo gulzig ben ik nu ook weer niet. Of laat ons gaan voor Tarbotfilet op Weense wijze. Wat denk je daarvan? Nee? In bouillon van truffel? Julienne van seizoengebonden champignons?

Je wil zeebaars? Mij goed. Dan wel op het vel gebraden. Met een knapperig stokbroodplakje, bladgroente en merg. In een sensueel botersausje met vleesjus. Was je een sensele minnaar voor mama?

Sint-Jakobsvrucht à la plancha met smeuïge venkel? Tja waarom niet? In geurig romig sausje met steranijs? Weer die room. Nee dus, zei ik al. Je wil hier gewoon alles meegraaien. Ouwe snoeper. Heb je veel tekort gehad in de oorlog? Ik dacht van niet. Die vlucht voor de Duitsers naar Bretagne, zo te horen achteraf een culinaire vakantie. Ja goed ik zwijg al, ik kan daar niet over meespreken. Jij ook niet. Kon je maar. Maar je bent dood. Je bent altijd al dood.

Toch liever in de oven gegaarde koninklijke kabeljauwfilet. Met gestoofde artisjok en smeltende ganzenlever. Je bent benieuwd naar dat knapperig charlotte-aardappelkoekje? Coulis van platte peterselie met geroosterde hazelnoten. Je maakt misbruik van mijn gastvrijheid, vaderfiguur. Je bent me hier simpelweg aan het ruïneren.

Gebakken kalfszwezerik, ik denk er nog niet aan. Ik word niet goed alreeds. Gepocheerde kalfstong. Mousseline van jonge wortelen met appelsien. Witloof, geparfumeerd met azijn uit Este. In bouillon gebonden met mosterd uit Dijon. Wil je er een orgie van maken ofzo? Voor één keer dat we hier samen… Gedraag je een beetje. De wereld lijdt honger en jij.

Weet je wat we doen? We zitten hier tenslotte in het Oud Konijntje. We kiezen eenvoudigweg jong konijn met geurige smaak van pancetta, in gesmolten Echiréboter en bevochtigde spinazie. Je wil lam? Ga je blijven talmen? Al goed, je bent mijn gast.

Voor mijn vader dan lamszadel gebraden aan het been. Bladerdeeggebakje met groene puntasperges en tuinbonen uit Les Marais. In braadvocht, geparfumeerd met gerookte look. Klinkt goed. Enkel voor twee personen? Sorry, dat gaat dan niet. Ik kies namelijk voor duifkes. Zo denk ik nog ’s aan grootvader.

Jonge duif gebakken in zijn geheel. Poeder van eekhoorntjesbrood. Cannelloni gefarceerd met de gekonfijte boutjes en broccolipuree. In Late Bottled Vintage Portwijnsaus. Ja, lijkt me wel wat. Wat zeg je, papa? Je wil stoverij met friet?

Ik die dacht, ik ga mijn vader hier ’s lekker, in ’t vermaarde Oud Konijntje… Dat zal hem plezieren. Bij Patricia, die moeder Thérèse heeft opgevolgd. Dan, tussen de asperges, de truffels en het wild, hebben we eindelijk dat ene echte ultieme gesprek jij en ik. Vader en zoon. Waarin je me zegt hoe ik leven moet. Een gebruiksaanwijzing, zonder vaderfiguur. Waar de valkuilen schuilen. Wat ik vooral niet mag. Wat ik zeker moet.

Dan, bij het buitengaan, leg je eindelijk, eindelijk, eindelijk je hand op mijn schouder. Misschien boer je wel luid terwijl niemand het ziet, pis je tegen de sterren op. Zoals bescheten bourgeois doen als ze hun schone schijn al te rijkelijk in Montrachet hebben gedrenkt en het vernisje van hun schone manieren eraf kraakt.

Maar je bent er niet. De stoel tegenover de mijne blijft leeg. Ik bestel Bolognaise zoals steeds, in Het Vosken. Het Sint-Baafsplein ligt er aprils grillig bij. Studenten haasten zich naar hun toekomst, ik haast me naar mijn verleden, naar jou.

Zal ik onze reservatie dan maar weer afbellen? Ik had zo graag één keer met jou, in dat Oud Konijntje... Maakt niet uit wat er dan op het bord komt alles is lekker. Jouw ogen één keer in de mijne.

Het mag ook Frituur Louiske zijn aan het station. Als je er maar bent.

‘Vader Dag’. Brievenroman. Copyright Stef Vancaeneghem.

22 maart 2007

STERRENKIJKER

5.

Een filmscenario? Ik zou niet weten hoe ik eraan begin. Film is het vak van mijn broer Johan, cineast en cameraman om den brode. Hij heeft de stiel geleerd aan het Nationaal Radio-en Filminstituut. Johan en de Alverman. Kapitein Zeppos. Axel North. Ten Huize van. Het is zijn werk, zijn passie.

Nu en dan strijkt hij thuis neer. Met zijn baas Bert Struys, met ster Senne Rouffaer, met zijn vriend en collega cameraman Wim Baekelmans, met de hele crew cowboys. Opnamen in de veranda, de voorplaats, de keuken, de tuin, mijn slaapkamer. Huis op stelten. Schade alom. Verdwenen voorwerpen. Maar hopen lol.

Als opgroeiende jongen zie ik ze bezig. Vergaap ik me aan hun vrolijk enthousiasme. Film is voor Johan wat poëzie is voor mijn oudste broer Paul. Passie, gedrevenheid, puur. Samen zullen we een roadfilm maken, in Amerika voor minder doen we het niet ha ja. Jack Kerouac achterna. Hij de film, ik het verhaal. Een fluitje van een cent, zegt hij. Doen we ooit jij en ik , zegt hij. Blues Brothers. On Route 66.

Het klinkt als Dylan en Dean tegelijk. Voorlopig stuur ik mijn onnozele tweedehands go-kart waarop Johan de travellings van zijn Fiertelfilm inblikt. Hij draait filmband, ik draai op ondermaats toerental. Geen script. Een mens moet ergens beginnen. Ik voel zijn benen over mijn schouders klemmen. Dan: cut. Eén vermaledijde foto-met-vlekje gooit al onze plannen in de war. Het scenario eindigt in een steriele kamer in Erasmus. Van droom naar donkere droefenis. Van hoop naar de diepste wanhoop. Waarom sterven mannen in onze familie altijd op achtendertig?

Frans Puttemans, Hoofd van de Dienst Drama, stelt me gerust. Dramaturge Marga Neirinck zal me bij elke stap begeleiden. Marga heeft alles in haar Huis van Vertrouwen om me over de streep te helpen. Haar gedrevenheid werkt aanstekelijk. Haar inlevingsvermogen in de personages geven me al zin om de set te bezoeken. Ervan te genieten hoe regisseur Marc Lybaert gaandeweg mijn woorden tot leven brengt.

Maar de weg is lang. Vier keer het scenario herschrijven is een goed gemiddelde hier, waarschuwt me Marga. We komen uit op twee. De ondergang van de textielbaronnen. De nederlaag van Rik en het navenante verdriet van Nini. Flaminganten versus franskiljons in het tijdperk der bilinguïsten. Het is allemaal teveel voor één aflevering Made in Vlaanderen. Van de geplande verfilming van ‘Zonde van Nini’ zal ‘De Schietspoeldynastie’ aldus weinig meer overlaten dan een verdunde spoeling. En mijn verhaallijn was zo al smalletjes.

Ik ben een frescoschrijver. Het verhaal is ondergeschikt aan het leven dat ik beschrijf. Ik romantiseer het bestaan. Voor mezelf herbedenk ik het tot een gedroomde waarheid. In het mixen van de vele personage-onderdelen herleid ik mijn types tot één ‘nonkel', één meid. Ik zoek een uitweg, weet dat er geen meer is.

‘De Schietspoeldynatie gaat over een jongetje in een familie van textielbaronnen. De moeder is weduwe. De jongen wordt geconfronteerd met enerzijds de textielbaronnen en hun hypocrisie, anderzijds met de gewone mensen, waarvoor hij uiteindelijk kiest’. Zo zal de persdienst van de omroep de hele zwik tenslotte resumeren.

‘Een universeel gegeven’, probeer ik me er zelf nog uit te wringen in de toelichting. ‘Of dat nu in de textielwereld gebeurt of elders maakt, niet veel uit. Er is een generatie die iets opbouwt, gevolgd door fils-à-papa’s die in teveel weelde opgroeien en snobs worden…’

Het hek is echter al van de dam. Het misverstand is on the road. De verwarring onomkeerbaar. Johan is er niet meer om me dat scenario uit de handen te rukken, me toe te schreeuwen: ze filmen het helemaal of ze filmen niks. Om me te beschermen vooral tegen de verfilming van mijn romandebuut. Tegen alle risico’s vandien. Voor je debuut, voor je volgende geschriften.

Ik moet verder. Heel alleen, zonder mijn spitsbroeder. Iets doet me toch nog het beste verhopen. Naast het eindeloos geduld van Marga is er de aanpak regisseur van Marc Lybaert. Hij boort recht naar de kern. Hij weet al dat hij geen spektakelfilm maakt, integendeel terechtkomt in de verstilde gevoelswereld van de jonge Dees. Lybaert kiest voor de enige juiste aanpak, zoektocht naar authenticiteit doorheen de groeipijnen van Dees. Eeuwig dankbaar ben ik hem daarvoor.

Niks is me heiliger dan dat perspectief van de opgroeiende jongen. Niks lijkt me zo onverbiddelijk als het observeren van de al geschonden wereld, door de ogen van een kind van dertien. Nog totaal onbevangen. Nog net niet opgeslorpt door de compromissenwereld van de volwassenen. Het kind, nog zuiver en volmaakt receptief voor alle gevoelens. Het kind dat alles hoort, observeert, er het zijne van denkt. Dra zal alles anders worden. Maar nu nog niet. Nu staat alles te gebeuren.

Marc Lybaert trekt op zoek naar dat kind. Voor zijn volwassenen personages heeft hij een pleiade grote namen klaar waar ik als theaterliefhebber van duizel.
Hugo Van den Berghe als ‘Nonkel Louis’, Gilda De Bal als moeder Alberta, Vic Moeremans als grootvader Staf. En Ann Petersen, Dora van der Groen, Katrien Devos, Hans Royaards, Bert André. De tantes, de nonkels, de meid, de smid.

Nu nog het jongentje vinden dat er het zijne van denkt. Marc Lybaert trekt op zoektocht. Hij doet geduldig audities, in Brussel. Vindt tenslotte Kenneth De Backer in Ronse. In het kopke van Dees kan het allemaal beginnen ‘kletsen’.

‘Sterrenkijker’. Copyright Stef Vancaeneghem.

20 maart 2007

DE BENIEUWDE RONSENAAR (105)














JEAN-MARIE VANDENDRIESSCHE AAN SANERING TOE NA LEEGLOOP BESTUUR

Volgens voorzitter Jean-Marie Vandendriessche is SK Ronse nu bezig aan de sanering. Dat meldt onze doorgewinterde collega Roger Marlier vandaag in Het Nieuwsblad.

Volgend seizoen krijgt de herstructurering voorrang. Na het ontslag enkele weken geleden van voorzitter André Deruyver en sportief manager Yves Vancoppenolle hebben ook ondervoorzitter Serge Crucke en dokter Dekelver intussen hun ontslag ingediend.

Zo te zien zal volgend seizoen ook de bestuursploeg opvallend van uitzicht veranderen. Als de ploeg zakt naar derde klasse, zal de kern ook ingrijpend veranderen. Sportief manager Jean De Baets voert gesprekken met een drietal Belgische spelers.

La Réunion...in Ronse

Voorzitter Jean-Marie Vandendriessche staat dan ook voor een zware opdracht. Onlangs nog zorgde de aanwezigheid van de spelersmanager Pietro Allatta op de Ronsese tribune voor de nodige commotie en leidden de (overhaaste) speculaties van trainer Thierry Lootens daaromtrent tot diens ontslag.

Betrouwbare bronnen in de coulissen leren De Benieuwde Ronsenaar echter dat Pietro Allatta… hier gewoon ’s als gast langs kwam nadat hij op La Réunion in contact was gekomen met Ronsies vrouwelijk schoon en gezelschap dat daar toevallig in de buurt van zijn villa van de zon in de Indische Oceaan genoot. Sous le soleil exactement...pas n'importe où, juste en dessous.

Dat Pietro Allatta hier overigens een zitje kreeg aangeboden met de kaart... van (de vrouw van) een bestuurslid wijst er maar op dat Jean-Marie Vandendriessche nog een lange weg heeft te gaan om een zekere ‘normenvervaging’ uit de club te walsen…

Voorzitter Jean-Marie Vandendriessche meent het bijzonder goed met SK. Hij verdient eenieders steun om SK Ronse met vereende krachten weer op het goede spoor te krijgen.

HET BESTUUR VAN SK RONSE
OOGT VOORTAAN ALS VOLGT:

Beheerraad

Voorzitter: Jean-Marie Vandendriessche

Leden:

Benoît Cambier
Patrick De Dobbeleer
Michel Denys
Luc Vancauwenberghe

Voorzitter BusinessClub: Ronnie Lauwerier

Voorzitter Jeugdbestuur: Danny Van Heuverswyn


Dagelijks Bestuur

Voorzitter Benoît Cambier

DE KOERSENDE RONSENAAR (104)


ORGANISATOR
LUC
VAN
DEN ABEELE



RONSE NU DEFINITIEF TOP-WIELERSTAD VAN BELGIE

GRATIS TOEGANG OP HELE PARCOURS

REUZESCHERMEN OP MARKT HOOTOND EN AANKOMST


‘Toen ik twee jaar terug aan het stadsbesuur mijn plannen bekend maakte voor de organisatie van het Belgisch Kampioenschap voor Elite-renners op 1 juli 2007 werd hierop enorm enthousiast gereageerd,aldus Luc Van Den Abeele.

‘Ronse heeft een groots en roemrijk verleden met de wielersport. Dit verleden wil het stadsbestuur in ere houden. Zoals iedereen weet, werden hier al eerder zowel de bewogen wereldkampioenschappen '63 en '88, als de Belgisch kampioenschappen '83 en '91 georganiseerd.’.

EEN BELGISCH UNICUM

‘Het is een unicum in België dat Ronse voor de vijfde maal een kampioenschap organiseert. Wij gaan ons dan ook honderd percent inzetten om dit gebeuren tot een goed einde te brengen. Om dat te realiseren, beschik ik over vijftien enthousiaste vrienden die zich volledig inzetten om van dit Belgisch kampioenschap een groots evenement te maken.'

RONSE KOERST…ALTIJD VOORT

'De organiserende vwz, opgericht onder de naam 'Ronse koerst', heeft tot doel om van dit kampioenschap een uniek gebeuren te maken voor de Ronsenaars en voor alle Belgische wielerfanaten. En... wie weet dat deze vzw nog andere plannen heeft?'

Een feest wordt het zeker. Er komen grote schermen op de Grote Markt, op de Hootond en aan de Leuzesteenweg bij de aankomst.

De toegang tot het hele parcours is volledig gratis. De organisatie verwacht die dag tot 30.000 toeschouwers.

19 maart 2007

DE BENIEUWDE RONSENAAR (103)










KONINKLIJK BASKET TEAM RONSE KAMPIOEN!

Door het verlies van de dichtste concurrent Zottegem en na de eigen overwinning op Lede zijn de heren van Koninklijk Basket Team Ronse SK kampioen in 3de Provinciale A.
Om dat te vieren worden supporters en sympathisanten opgeroepen om hun kampioenen ploeg te komen aanmoedigen:

Nu zaterdag 24 maart om 21 uur, in de sportzaal College
voor de match tegen Wezenvrienden B.

Daarna wordt de titel gevierd in de Time Out.

Opwarmen en de keel schrapen kan al om 19 uur.

Dan ontvangen de Dames A in 2de landelijk B de buren uit Oudenaarde Safety jogger Fireballs. Een belangrijke wedstrijd in de strijd voor het behoud.

Alle Ronsese basketvrienden present!

WEG VAN RONSE


Ronsenaresse Sara Verhoken laat Lanzarote na vier jaar achter zich. Op naar nieuwe avonturen. Te land en te water.

Eerst de American Cup dan: Brazil, Amazonas!

Na het toch vrij plotse overlijden van, mag ik wel zeggen, mijn dichtste vriend Wim uit Indië, zijn vele gedachten en gevoelens beginnen opborrelen inside me...

We leven potverdorie maar één keer dit leven. Dus waarom zou ik niet proberen mijn innerlijke weg ...mijn gevoel te volgen.

ik voel dat ik mijn gevoel wil volgen...
ik voel dat het tijd is voor verandering...
ik voel dat de timing goed zit...
ik voel dat ik een reizende ziel heb
ik voel dat ik al reizend leer

dus daar ga ik.

Na vier jaar Lanzarote sluit ik dit hoofdstuk af...

Ik ben hier dus gestopt met mijn bootjob. Niet overdreven de beste job van de hele haven. Goed betaald. Veel vrijheid. Genoeg vakantie. Mijn werk organiseren zoals ik het wil. Ondertussen met mijn baas de kapitein een hechte connectie gecrëeerd.

Wat het nog moeilijker maakte voor mij om de stap te zetten. Uren, zelfs dagen gecommuniceerd met hem. Uiteindelijk, na alles geprobeerd te hebben om mij hier te houden, heeft hij mij begrepen en laat hij mij gaan.

Ik vertrek op 7 april naar het vasteland Spanje, Valencia, om er drie maand te werken op een boot die de American Cup volgt. Dat is een zeilwedstrijd met de twaalf beste zeilteams ter wereld. Zeg maar de Olympische Spelen op het water.

De zeilwedstrijden vinden plaats voor de kust van Valencia. Ik ga er werken als matroos op een boot van het Regatta Comittee. Wat wil zeggen dat we zullen helpen de start-en eindboeien leggen, alles controleren, kijken of het allemaal reglementair verloopt, en ook af en toe een journalist meenemen... Ik slaap die drie maanden op de boot: een catamaran-motorboot van twaalf meter.

De haven van Valencia wordt daartoe volledig omgebouwd en lijkt op een soort Olympisch dorp. Het prijskaartje van één ploeg (lonen van bemanningsleden, eten, de boot , materiaal) ligt tussen de 70 en 110 miljoen euro.

Tja, het is big business.Ik ga daar nog mijn ogen opentrekken tegenover zoveel snobisme en zoveel geld. Maar daartussen vind ik zeker ook wel een paar goeie zielen. Dat kan niet anders.

Voor mij is het alvast een fantastische gelegenheid om ervaring op te doen, mijn ogen open te trekken, te observeren, me te laten meedrijven met de stroom, te genieten, allerhande nieuwe mensen te leren kennen. De Zuid-Afrikaanse ploeg heeft dit bijvoorbeeld nog nooit gedaan.Ik zie het wel zitten om eens in het Zuid-Afrikaans te converseren met een van de bemanningsleden.

Dan, na drie maanden werken (90 dagen zonder 1 vrije dag, zo staat het in mijn contract, hopelijk valt de wind een paar dagen stil!) vertrek ik op 12 juli vanuit Valencia naar:

BRAZIL, AMAZONAS.

Tijd voor een beetje groen, ofte de longen van moeder aarde. Ik ga er samen met Kathleen, goeie vriendin en zielsverwante. Thelma en Louise, op avontuur in de boesjes...

Na drie weken gaan we op bezoek bij Silke, goeie vriendin die in Bahia woont. Ze trouwde er met een Braziliaan die ze leerde kennen toen Silke en ik zeven jaar geleden voor het eerst in Brazilië waren. Kathleen keert dan rond 13 augustus terug naar België. En ik? Ik niet dus.

Waar mijn wegen, zullen leiden, dat zal het leven me wel uitwijzen.

Tot later, lieve Ronsenaars alemoele tuupe!


Sara Verhoken

18 maart 2007

VADER DAG

152.

Ik zou willen dat je niet wacht als mijn moment daar is.
Je mag me nog even onderstoppen, maar ook niets
meer dan dat.
En als je tijdens dat mij onderstoppen ook nog heel lief lacht
zal ik jouw geveinsd geluk jou voor die keer toch wel vergeven.

Ga niet naast bed de wisselvallige intervallen van mijn
al rotte adem tellen. Houd mijn hand niet vast
die als een want zal worden neergelegd en waarin eens
mijn hand gezeten en naar die van jou gegrepen had.
Luister niet hoe het in mijn bast beestachtig bonkt
en reutelt,

hoe de kanker daar snel nog even aan mijn botten
sleutelt
en kijk niet in mijn ogen die gebroken in hun kassen
zich aanpassen aan het aardedonker
van wat geen nacht zal zijn.

Laat mij achter in die kamer. Alleen.
Want wij twee mogen enkel van het leven zijn.

Wees zo goed deze banaliteit te negeren en ga,
naar beneden, de tuin in.
Hang er je jurken aan de wasdraad en ik zal kijken
door het raam hoe zij mij salueren in de wind.
Bak bijvoorbeeld ajuinen en laat ze enorm bruinen
in de boter, zodat ik ze ruiken kan tot boven
en denken: ‘Mijn god, wat kookt zij goed!’

Maar als ik de macht nog in mijn benen heb,
en daar hoop ik op,
zal ik me vastklampen aan de trapleuning
die ik eigenlijk nog eens vernissen moest,
en zeggen: ‘Ik ben al naar boven, schat,
tot straks.’


Wat had ik gewild dat jij dit moois naar mama geschreven had. Maar neen: ‘Patagonische Geschriften.’ Oudbakken gezeik over het scheren van de wol.

Wat had ik gewild dat dit pareltje van jou was. Maar neen: van Dimitri Verhulst, in ‘Mevrouw Verona daalt de heuvel af’. Gevoelens, echte. Gebeiteld in de simpele woorden van het leven. Nog wat anders dan jouw onwezenlijke ‘Croquis Argentins.’

Hij schrijft over eau de javel in de etterende aarzen van schapen, jij over je schaapjes op het droge. Hij schept werelden in woorden, jij schept op.

Had mama beter dit geschreven. Had haar gekrasseld met je groengestreepte Pelikan, met je laatste krachten :

wat kookt mijn wijveken goed..
ik sterve in de geur
van bruine andjuinen

Had me een dagboek nagelaten, een echt, met erin die laatste woorden. Ik had je dan misschien eindelijk voor één keer, heel even, kunnen salueren in de wind. Had mama’s jurken dan beschreven als opwaaiende bloemen aan de wasdraad, achter de gloriette. Had je nog één keer vastgeklampt aan de eikenhouten trap, onder de koperen luchter met de jachthoorns. Had haar geschreven, mij geschreven, ons geschreven:

‘Ik ben al naar boven.’

153.

Heeft grootvader de stad gered van de woede der Noormannen? Heeft hij de tijd van de waanzin getrotseerd? Heeft hij een hongersnood bedwongen? Heeft hij buitengewoon heldhaftige verzetsdaden gesteld?

Heeft hij de pest buiten de Oude Vesten gehouden? Heeft hij melaatsten gesoigneerd, ‘au péril de sa vie’? Heeft hij een meteoriet afgewend? Heeft hij geuzen bekeerd? Heeft hij sansculotten verdreven?

Niets van dit alles? Waar heeft hij dan in hemelsnaam dat onnozel straatje naar zijn naam aan verdiend? Wel leuk dat het uitkomt op de Weg der Vlamingen die zelf doorloopt naar de Eikelstraat. Tja, je hebt je hiernamaals nu eenmaal niet onder controle. Je krijgt van de goegemeente de herinnering die je verdient.

Nee, grapje, vaderfiguur. Ik vind het best leuk dat grootvader zijn naambordje heeft in deze stad. Al loopt het van nergens naar nergens. Maar ik wou geen straatbordje. Ik wou een echte bompa, een echte papa.

‘Vader Dag’. Brievenroman. Copyright Stef Vancaeneghem.