05 oktober 2007

DE BENIEUWDE RONSENAAR


CINEMA PATEE:
EEN MUST


Met groeiend genoegen ontdek ik sedert enkele weken op de uitstekend gemaakte blog van het Nieuwsblad (onder impuls van mijn schrijfcompaan Koen Lauwereyns) aloud filmmateriaal over Ronse geduldig bijeengesprokkeld, geselecteerd en gerealiseerd door Paul Van Coppenolle.

Deze week in ‘Cinéma Matinée’: de ronduit charmante beelden van een vrolijke vrijer met zijn lief aan de arm. Imposante ‘gardevils’ met witte helm recht uit verhalen van Quick & Flupke. Een knotsgekke Gymkana (zoals slalom ooit heette) op de grote markt.

Alleen al die limo’s, jeeps en ouwe bolides voeren ons via de toverachtige teletijdsmachine van Paul Van Coppenolle regelrecht naar een droomwereld van Dinky Toys en van de Belle Epoque ervoor.

Het beeldmateriaal, zoals verzameld en te zien in Cinéma Matinée, verdient volgens mij dan ook een vaste stek in Must of Nieuwe Leie. Dit is namelijk de schatkamer van een vrolijk ongedwongen fijn Ronse waaruit generaties nieuwe Ronsenaars kracht kunnen putten om deze stad nog veel mooier te maken dan ze toen al was.

Deze beelden leren me overigens ook dat je dat Ronse van vroeger niet al teveel moet idealiseren. Ronse was toen noch mooier noch zoveel beter. Ronse was het Ronse van vroeger. Initiatieven als Cinéma Matinée tonen ons vooral de relativiteit van zogeheten grandeur, aanzien, macht.

De meeste pronkerige prominenten van toen zijn al lang vergeten. Hilaire Spiers als veilingmeester. Soudan die koningin Elizabeth breed gesticulerend rondleidt. Albert De Cordier die de arend bovenop het stadhuis vastzet…

Wie de relativiteit van dit alles nog het meest lijkt te doorprikken, is de gewone Ronsenaar die in al deze filmpjes defileert. Hij komt hier en daar wat gekkebekken voor de camera. Als wil hij ons vanuit zijn Ronsies hiervoormaals zeggen dat het leven een schouwtoneel is. Niks om echt au sérieux te nemen dus.

Het Charlie Chaplin-gehalte in die beelden is dan ook nooit ver weg.
Een absolute aanrader!

Nieuwsblad.be/ronse (Ronse blogt).
Foto Paul Van Coppenolle: Copyright David Stockman.

03 oktober 2007

BLOG BOEK




‘Als Kim Gevaert haar handtekening zet onder de pro-Belgische actie ‘Red de Solidariteit’ wordt ze bestookt met haat-mails. Pro België? Dan ben je contra Vlaanderen! Kortsluiting. Iedereen die suggereert dat een identiteit ook iets meervoudigs kan zijn, is verdacht en moet zwijgen. Het gaat opnieuw over de zuiverheid van een identiteit, net als in de jaren dertig.’

‘Ik steun die actie Red de Solidariteit al klinkt ze onbedoeld paternalistisch, ten voordele van ‘arm Wallonië’, zoals men ook nog teveel over ‘arm Afrika’ praat. Het behoud van België is niet alleen goed voor de Walen, maar ook voor de Vlamingen. Ik wil Brussel niet kwijt, als stad en als navel van Europa en de NAVO en andere internationale instellingen. Ik hou van een bastaardland met meer dan één taal en meer dan één cultuur.’

‘Ik heb me altijd bewust gesitueerd in de traditie van Vlaamse auteurs als Louis Paul Boon en Gerard Walschap, maar tegelijk ben ik beïnvloed door de belgitude in de ruimste zin van het woord. Van Maurice Maeterlinck tot Jacques Brel, van Magritte tot Amélie Nothomb, en die rare koning Boudewijn en Dutroux en Sandra en Kim en Brussel en de Ardennen uit mijn jeugd. Dat is allemaal mijn materiaal, het DNA van mijn identiteit. Geen tien De Wevers kunnen mij dat ontzeggen.’


Tom Lanoye

in De Morgen vandaag.

Illustratie: 'Zotte Maandag'. Geklieder op doek. Copyright Stef Vancaeneghem.

DE BENIEUWDE RONSENAAR











ASBESTSTORT ZIT ER AAN TE KOMEN….

ROSALIE WORDT MET DE DOOD BEDREIGD

BURGEMEESTER DUPONT SCHRIJFT
POSTKAARTJE NAAR MINISTER CREVITS

RONSE: GENIETEN MIDDENIN ASBEST…


Luc Dupont, burgemeester van Ronse, mag dan al een bezorgd postkaartje schrijven naar minister van Leefmilieu Crevits, het ziet er niet naar uit dat dit voorlopig veel indruk maakt op asbeststorter Dirk Beheydt en zijn vennoten.

Uit een onthullend verhaal dat Knack vandaag publiceert wijst alles er integendeel op dat de storters de wetten en de regeltjes aan hun kant weten en hun slag zien thuis te halen.

In Knack weert schrijfster Brigitte Minne (die in de Savooistraat in Ronse woont) zich daartegen als een toverfee met de moed der hoop. Rosalie, het beroemde eendje van Brigitte Minne wordt echter meer dan ooit met de asbestdood bedreigd. Als het zo doorgaat, eindigt ze als Rosalie Niemand.

Eerder deze week resumeerde ook wielerkampioen Filip Meirhaeghe (die aan Ten Houte in Maarkedal woont) het op AVS allemaal heel gevat als volgt:

‘Asbest in een natuurgebied, dat kan toch niet?’ Toch wel dus.


Vennoot Baudewijn Vancoillie van de afvalstorter OB&D in Knack: ‘Alles (gebeurt) strikt volgens de regels. OB&D zal, wanneer het hen vergund wordt, het gebonden asbest enkel aanvoeren in gesloten big bags. De lading van de vrachtwagens zal na het verlaten van de weegbrug besprenkeld worden. Wie het anders zegt, liegt. Tijdens het lossen kan een zak scheuren, en de besprenkeling gaat dat tegen. De vrachtwagens zullen de zakken niet boven de put kippen. Langs een speciaal aangelegde piste zullen ze naar beneden rijden, waar de zakken worden opgepikt en op hun plaats gerold. Nu nog de vergunning, en de boel kan draaien. ‘

Beschermd landschap of toch niet helemaal?

Het actiecomité gaat ervan uit dat het Muziekbos een beschermd landschap is, waar storten per definitie niet kan. Uit het Knackverhaal blijkt dat het allemaal veel ingewikkelder ligt dan dat. Tussen de groene droom en de verstikking door asbestose staan wetten en regeltjes… aan de kant van het geldgewin.

Knack: ‘In de Vlaamse landschapsatlas staat de berg alleen opgenomen als ankerplaats . Als de overheid een ankerplaats opneemt in haar ruimtelijke structuurplannen, dan wordt het een erfgoedlandschap. In een erfgoedlandschap 'mag de overheid geen toestemming verlenen voor activiteiten die schade kunnen aanrichten'. Als, als...

Ook de erkenning van het Muziekbos als Natura 2000-gebied door de Europese Unie, zet alsnog geen zoden aan de dijk. Zolang de Europese Richtlijn 92/43 inzake de instandhouding van natuurlijke habitats niet in Vlaamse wetgeving is omgezet, blijft ze onwerkzaam.

Had het Muziekbos echt het statuut van een beschermd landschap, dan hadden de talloze wandelaars, fietsers, spelende kinderen en bosvogels zich geen zorgen hoeven te maken. Ze troosten zich met de gedachte dat het stort, eenmaal volgestort, bosgebied wordt. Voorlopig heeft de afvalindustrie er de wind in de zeilen.’

Oost West asbest…

Blijkbaar zien de toekomstige asbeststorters al vol vertrouwen het lucratieve succes van hun investering tegemoet. In de mond van vennoot Baudewijn Vancoillie klinkt dat als volgt:

'Ik heb mijn geld in milieu gestoken en niet in Lernout & Hauspie.'

Bij OB&D-stichter Dirk Beheydt klinkt dat dan wel een ietsje subtieler. Deze gewezen spits van eersteklasser Cercle Brugge (99 officiële doelpunten tussen 1975 en 1984, preciseert Knack), stichtte als bouwkundig ingenieur en algemeen directeur van de firma's BSV (grondreiniging) en Devamix (betonrecyclage) in Harelbeke samen met zijn vennoten Baudewijn Vancoillie, Glenn Heernaert en Ivan Degezelle de nv OB&D.

Omtrent het asbestort noteren we vandaag van hem in Knack dit heel betekenisvol zinnetje:

Dirk Beheydt: 'De uitbater blijft dertig jaar aansprakelijk. Ik wil het mijn dochters niet aandoen dat ze hier miserie mee krijgen'.

Dat is het precies. Ook de mensen van de Vlaamse Ardennen willen namelijk niet dat hun kinderen hiermee miserie krijgen. Voor de dochters van Beheydt draait het om aansprakelijkheid. Voor hun kinderen draait het om leven en dood.

Misschien moet burgemeester Luc Dupont dat maar zelf eens gaan zeggen op het kabinet van minister Hilde Crevits.

Op een postkaartje krijg je dingen als de trage verstikkingsdood van je kinderen en kleinkinderen door asbestose namelijk niet echt helemaal in detail beschreven. Als ook dat niks uithaalt, kan hij voor Ronse alvast op zoek naar een andere slogan voor het Strategisch Plan.

‘Genieten middenin asbest’ klinkt weinig wervend…

02 oktober 2007

LA VIE EN PROSE








BRELESQUE

Jojo,voici donc
quelques rires
quelques vins
quelques blondes
j'ai plaisir à te dire
que la nuit sera longue
à devenir demain
Jojo,tu me donnes en riant
des nouvelles d'en bas
je te dis mort aux cons
bien plus cons que toi
mais qui sont mieux portants
ce soir comme chaque soir
nous refaisons nos guerres
tu reprends ta camera
je martèle mon Olympia
six pieds sous terre
Jojo, tu espères encore
six pieds sous terre
tu n'es pas mort
Jojo, je ne rentre plus nulle part
je m'habille de nos rêves
orphelin jusqu'aux lèvres
mais heureux de savoir
que je te viens déjà
six pieds sous terre, Jojo:
tu me frères encore.

(My tribute to Jacques Brel).
And to you dear Johan: my brother in arms.

‘La vie en prose’.'Journal Intimide.'
Copyright Stef Vancaeneghem.

WEG VAN RONSE


Skipper Sara Verhoken is weg van Ronse.
Ze heeft haar ‘vaste’ stek op Lanzarote. Na de America Cup in Valencia reist ze momenteel door de Amazone, dan Argentinië en weer naar Brazil Tropical. Als fidele vriendin van deze blog beschrijft ze voor alle Ronsenaars van hier en elders hieronder haar avonturen.


TJA IK BEN NU EENMAAL EEN 'UMA CYGANA'...

Vier maanden dat ik nog eens iets neerpende. Niet dat ik van de aardbol verdwenen ben: ik zit nu alleen aan de andere kant ervan.

Na mijn job in de America's Cup in Valencia was het tijd voor Brazilië. Ik verdedig hier de Belgische driekleur met vrouw en macht. Brazilië: 't Is eens wat anders dan de vertrouwde Vlaamse Ardennen of mijn huidige woonstek Lanzarote om nog een beetje levenservaring (en hopelijk ook de bijhorende wijsheden) op te doen..

Brazilië dus. Ik was er in 1999 ook al eens, voor een trektocht van zes maanden met de rugzak: mezelf als beloning gegund na de afronding van mijn studies als licenciaat lichamelijke opvoeding in Gent.

Deze keer landde ik ook weer met de rugzak ( 11kg, ietsje lichter dan de vorige keer, ik had hard voorgenomen om echt geen onnodige dingen mee te doen) in Salvador da Bahia. Dat is het Afrikaanse deel van Brazilië en het ligt in het noordoosten.

Ik ontmoette er twee Belgische vriendinnen. De bedoeling was om samen een maand rond te trekken. Diezelfde dag nog vlogen we via de hoofdstad Brasilia (het stadsplan heeft de vorm van een vliegtuig, alles is er heel georganiseerd, het bezoeken waard) naar de provincie Acre met als hoofdstad Rio Branco. Dit is al Amazonegebied, aangrenzend tegen Peru.

Van daaruit vertrokken we met een auto richting stadje Boca do Acre, om dan een dag lang op een soort kano de rivier Acre stroomopwaarts te varen en zo uit te komen in putje Amazone.

De kaalslag van moeder aarde

Bij het binnenrijden van de staat Amazone zag ik wat ik vreesde te zien.Een heel kaal landschap met hier en daar een boom. De tekenen van verwoesting door de mensheid. Het deed pijn. Gelukkig merkte ik kort daarna dat er ook nog grote delen ongerept zijn. Langzaam maar zeker bereikten we immers de dichtbegroeide 'mata amazonica': de long van Moeder Aarde.

We verbleven er drie weken in een dorpje in het huis van een Argentijnse vrouw met twee kinderen. Een hele belevenis. Voor mij is het altijd belangrijk dat ik voel waar ik ben en contact leg met de bevolking. Zo gebeurde. Zeer interessant om met mensen te babbelen over hun visie op het leven, hun levenswijze, hun cultuur, gewoonten.

Na mijn werkavontuur in Valencia (drie maanden bootwerk,welgeteld één vrije dag) waren mijn baterijen behoorlijk plat. In de Amazone tijd en rust genoeg om ze terug op te laden. En het klopt: de Amazone is echt indrukwekkend met die enorme bomen die er al een eeuwigheid lijken te ‘zijn’. Het groen. De geur van bos en bloemen.‘s Avonds de concerten van krekels en kikkers.

Radio en weerman overbodig trouwens. Toen de kikkers ‘s avonds begonnen te kwaken, vertelden de mensen van daar dat ze om regen vroegen. 's Anderendaags kwam er een tropische bui uit de lucht vallen. Belgische regen in tienvoud.

Reizen met een open hart

Na drie weken vloog ik met mijn twee vriendinnen terug naar Salvador da Bahia, om er een Belgische vriendin te bezoeken. Toen ik er in '99 samen met haar was, leerde ze een Braziliaan kennen. En voila. Vandaag is ze getrouwd, gelukkig en gesetteld aan de zuidelijke kust van Bahia. Daar een paar weken het leven opgesnoven en genoten van al het schoon. Daarna keerden mijn vriendinnen terug naar Belgie en zette mijn reis alleen verder .

Spannend vond ik dat. Wat ik in de Amazone vooral voelde, was dat ik wilde reizen met een open hart. Vol vertrouwen in het leven. Met positiviteit maar ook alert. Want uiteindelijk ben ik hier in een derdewereldland en is er hier veel armoede...

Ik begon noordwaarts langs de kust. Steeds weer ontmoette ik wel mensen met dezelfde openheid die me uitnodigden om in hun huis te verblijven. Op zulke vragen kan ik nooit neen zeggen (als het tenminste goed aanvoelde).

Zo kwam ik terecht op een verjaardagsfeestje een zondag door. Reed ik achterop een moto lang een kilometers lang hobbelig weggetje naar een prachtige waterval. Speelde ik voetbal met de Brazilianen op het strand. Dronk ik een caipirinha (nationale drank..lekker...) terwijl de zon in de zee zakte. Danste ik de samba of luisterde ik naar regga. Manilde ik met mijn Belgische vriendin ( 1 keer gewonnen, ik blijf oefenen). Zag ik een dubbele regenboog bij een ochtendstrandwandeling. Heb ik Humpback-walvissen mogen aanschouwen vanop een bootje. Verbleef ik midden de bossen in een volledig ecologisch gebouwd huis. Zwom ik in de riviertjes en watervalletjes.

Alleen reizen is een uitdaging. In het begin was het wel uitkijken om mijn weg daarin vinden. Het levert ook confrontaties met mezelf op, wat goed is. Een keer ik de smaak te pakken had, was ik helemaal vertrokken. Liefdevol assertief zijn is een absolute aanrader als je alleen reist.

Ik vind het heerlijk nieuwe mensen te leren kennen van overal. Zo heb ik drie mensen uit Kaapstad ontmoet waarmee ik Vlaams kon spreken, terwijl zij antwoordden in het Zuid-Afrikaans. Een heerlijk thuisgevoel.

Angsten overboord

Vorige week was ik op bezoek bij een vriendin in Recife. We studeerden ooit samen in Portugal. We hadden elkaar zeven jaar niet meer gezien. Zo kwam ik er toevallig achter dat er een zeilwedstrijd was van Recife (staat Pernambuco) naar het eiland Fernando de Noronha. Zodoende heb ik driehonderd mijl met een tien meter zeilbootje gevaren met vijf bemanningsleden en een hond aan boord. Avontuur verzekerd! We deden er tweeënzestig uur over.

De eerste dag was ik zeeziek. Ik denk dat ik daar al mijn angsten overboord heb gekotst. ‘s Nachts nam ik zelf het roer in handen onder de bijna volle maan, de prachtige sterrenhemel en alover het eindeloze golvende water. Mijn sterreteken is dan ook Vissen.

Het eiland Fernando de Noronha is bijna volledig nationaal park. Dus zeer beschermd. Dagelijks dient er door de toeristen een milieutaks betaald te worden om er te mogen verblijven (zo een 600 oude Belgische frank per dag, ja, ik reken nog in Belgische franken). Daar zijn de prachtigste stranden van heel Brazilië. Watertemperatuur gemiddeld 28 graden, vlak onder de evenaar dus: tropisch klimaat.

De schildpadden leggen er hun eieren op de stranden. De dolfijnen rusten overdag uit in de kleine baaitjes. Er zijn ook vele soorten zeemeeuwen die ik nog nooit gezien had. Kistalhelder water met erin ongelooflijke mooie veelkleurige vissen. Veel roggen. Ook haaien. Het eiland is zestien vierkante kilometer klein. Dus je moet alles te voet te doen. De 3000 inwoners leven van het toerisme en bouwden hun huizen om tot kleine hotelletje. Een heel vredige sfeer daar. De mens in harmonie met de natuur. Ja, ik ben een reizende ziel. Of zoals ze hier zeggen: 'uma cygana' (gipsy-woman).

De ommekant

Maar alle medailles hebben twee kanten. Twee weken geleden werd ik overvallen langs het bekendste strand van Recife: Boa Viagem. Ik reed er op de fiets van mijn vriendin. Helaas had ik mijn camera en gsm bij. Plots werd een revolver in mijn zij gedrukt. Ik wist niet wat mij overkwam. Ik heb alles afgegeven, bleef volledig machteloos (en ook woedend) achter. De politie was ook al niet te behulpzaam. Het was allemaal nogal op het Braziliaans ritme.

Zo besefte ik dat ik op mijn hoede moet blijven. Dat de ‘duistere’ kant van de mensheid nog de wereld niet uit is. Of is het omdat de wereld niet eerlijk verdeeld is. Ben ik het logische ‘slachtoffer’ van mensen die geen geld hebben ? Soit, de bladzijde is omgedraaid. Ik geef niemand de schuld. Maar ik trek er wel lessen uit .

Overmorgen vertrek ik naar Argentinië om er een maand met vrienden uit Lanzarote rond te reizen. Dan terug naar Brazilië. De thuisgevoelsfactor ligt hier toch wel hoog voor mij.

Stevige cyber-groet en –knuffel aan alle Ronsenaars!

Geniet op alle momenten,
geniet van vrienden en familie,
geniet van de ochtendgroet van je buurman
en doe de groeten aan de obelisk van mij !

Sara Verhoken.

01 oktober 2007

DAG BOEKEN


In de bomvolle arena (mesdames messieurs 25.025 aanwezigen vanavond dank u voor uw komst merci de votre venue) lopen gladiatoren die Polak, Wassilewski, Hassan, Biglia, Boussoufa en Zitka heten.

‘Anderlecht, champion de mes couilles!’ scanderen ontblote tattoo dikbuiken in kooien aan de rechterflank. Vanuit Karolingische contreien zijn ze in zebragestreepte busladingen naar hier verkast om te kelen dat Anderlecht ‘un public de merde’ is. Dat lucht eventjes op van al het stedelijk gesjoemel ter plekke.

‘Mon ami we zitten in serieuze difficulteiten’, zucht mijn linkerbuurman op zitje 130 tribune H Ingang 2. Het lijkt erop of hij alle boetieken met Anderlecht-parafernalia geplunderd heeft. Doet me denken aan Charles Goebeert, de enige echte sandwichman van Club Ronse. In Martinifles met wankele tred over het Park Lagache.

Doch dit is Anderlechtland. Het zoontje van mijn buur, ook al netjes in Anderlecht-trainingpak klaar voor voetbalroem, hangt vervaarlijk over het hekwerk van de tribune. Droomt van zijn stek in de eerste ploeg, ter vervanging van de feilloze De Schacht. 'Asterix chez les mercenaires.' De droom van de vaderfiguur wiens voetbalcarrière stokte, bij de reserven van Daring Molenbeek.

‘Alle echelons skuun omhuug, ticheke. ET ALORS DROIT DEVANT AU BUT!’

Als het plan van papa mislukt, belandt ticheke met de overige Die Hards in ‘Cafe Le But.’ Keelt hij na de match met de anderen:

‘MAUVAIS LES MAUVES!

(Ik denk met krop in de keel terug aan de onvergankelijke heldendaden van mijn persoonlijke pubergoden. Polle ‘Gazon’ Van Himst. ‘Lorenzo’ Verbiest. Wilfried ‘de Puzze’ Puis. ‘Jefke’ Jurion. ‘Poep’ Hanon. En last but not least de Ronsenaar ‘Zorro’ Jacky Stockman. Drie goals tegen den Brésil. Zorro est arrivé. Ha bon.)

Keeper Zitka mikt zijn megabakkes in de lens van Photonews. Legt zichzelf hiermee in de scoop voor de gazetten. Schreeuwt al het opgekropte ongenoegen om het verlies van de ploeg van zich af tegen zijn ‘ploegmaat’ Hassan. Ge kunt godverdomme zien dat ge gelijk ik de supporters gaat groeten of ge kunt in Egypte blijven de volgende keer! Maar dan in het Zitkanees.

(Halverwege de eerste helft zie ik deze Zitka relaxend op zijn zitkavlak. Vervaarlijk ver voor doel. Even later komt hij riskant uit na een te korte terugspeelbal van Pareja, kantelt de match. De Anderlecht-goalie die vorig jaar de titel redde is nu de pineut van de stuurloze schuit. J’ai un petit problème dans ma plantation).

‘Weete gij wel dat dienen tiep hier een miljoen en een half per maand frank verdient?’ sakkert mijn buurman omtrent de systematisch klungelende Van Damme.

‘ES KE JEE PAS RAISON?’ zingt Lange Jo Jo, opgewekt als een Jules César die net Gallië heeft veroverd.

Alles wordt hier gesponsord door Fortis en andere rond het stadion dansende lichtreclames die van de spelers figuurtjes uit het kickerbiljart maken.

‘OUI TU AS RAISON!’ beamen 25.025 kelen.

Min de halfblote zebrabusladingen.

‘ANDERLECHT! ANDERLECHT!
ANDERLECHT SAMPION!'

Het radionieuws van de avond is dat trainer Frank Vercauteren NIET ontslagen wordt. Weeral niet. Al zit zijn kredietkaart tegen de limiet. Donderdag winnen tegen Rapid Wien. Sinon: ‘Bye bye Frankie’.

ESKE JEE PAS RAISON?
OUI TU AS RAISON!

‘Dag Boeken’. Copyright Stef Vancaeneghem.

30 september 2007

VADER DAG











194. En als de zon boven mijn stad ondergaat en ik vanop de vervallen bank aan de Wittentak naar de brede lucht boven het dal kijk en al dat mistige land voel dat in die ene gigantische massa helemaal naar het Toscane van mijn verlangens vlucht en al die dromende mensen, al die kinderen die huilen en die niemand hoort in dit land waar kinderen huilen, in verdoken kelders en op brandende zolders, maar dadelijk gaan de sterren weer schijnen en je weet nu toch zelf wel al dat je god niet bestaat, net zomin als de teddybeer die ik van jou nooit kreeg als de avondster al daalt en haar vonken uitschuddend boven de onrustige vallei dooft in die laatste ogenblikken voor de komst van het volledige donker dat de aarde zegent, de Scheldemeersen verderop verduistert, de heuvelkam omzwachtelt de passerelle inpakt als een werk van Christo, als niemand, niemand weet wat er nu komen zal in mijn bijna gebroken vaderland zonder vader behalve de morsige verlatenheid van de ouderdom, dan denk ik aan jou en dan herschrijf ik hier, onderweg naar nergens, het hortende stotterende spontane proza van Kerouac meer bepaald de slotzin van ‘On the road’

Kerouac, mijn vervangheld. Bij gebrek aan jou, papa.

‘Vader Dag’. Brievenroman. Copryright Stef Vancaeneghem.