17 oktober 2008

DE NALATENSCHAP
















Hoofdstuk 12.

‘Fox’.

Dag na dag arresteren de nazi’s hier nu onze stadsgenoten. Om ze te martelen en in hun beestenwagons vanuit Gent Sint-Pieters naar de kampen voeren. Verraden als ze zijn door andere stadsgenoten. De lijst wordt steeds langer. Maar plooien zal ik niet. Al was ik hier de laatste Ronsenaar in het verzet tegen deze waanzin. Ik sta gelukkig nog niet alleen. Ons netwerk blijft overeind. We geven ons niet gewonnen. We zijn teneergeslagen door de vele arrestaties. We zijn geraakt en gekwetst . Maar we houden stand. We doen voort.

Met de families van de weggevoerden breng ik zoveel mogelijk gegevens in kaart. Ik probeer het parcours en de droevige bestemming van onze vrienden te traceren. Niet simpel. Het vraagt monnikengeduld. De rapporten die ik van Londen via onze hogere leiding krijg doen het ergste vermoeden. Het is vaak ondraaglijk wat ik verneem. Maar elke flard informatie helpt me de puzzel van de Ronsenaars in elkaar te leggen.

Marcel Lermusieau, commandant van Het Geheim Leger, codenaam 'Romain', hebben de nazi’s eerst gemarteld in Gent, meteen na zijn aanhouding hier in Ronse op 17 maart. Dan de beestenwagen in naar Buchenwald. Vervolgens naar Dora-Nordhausen. Zijn vrouw Romanie Vandergeynst hebben ze twee dagen na Marcel gearresteerd en gemarteld. Volgens onze gegevens zit ze nu in het vrouwenkamp van Wansbeck-Recklin.

Albert Den Haerynck, verbindingsofficier van het Geheim Leger is aangehouden op 19 maart. Daarna concentratiekamp Dora. Denis De Cock, lid van het Geheim Leger, concentratiekamp Ellrich. Joseph Van Dille, aangehouden op 29 maart. Kamp van Ellrich. René Dubois, Geheim Leger, aangehouden op 13 april. Concentratiekamp Bergen-Belsen. Raphaël Gerardi. Geheim Leger. Aangehouden op 13 april. Bergen-Belsen. Henri Van Isacker. Aangehouden op 13 april. Concentratiekamp Dora-Nordhausen. Maurice Vandevelde. Geheim Leger. Aangehouden op 19 april. Concentratiekamp Buchenwald.

Pierre Bellinck, een fidele strijder bij de Belgische Nationale Beweging, aangehouden op die voor ons zo rampzalige 24 ste april. Concentratiekamp Dora-Nordhausen. Oscar Debuyscher, één van ons, aangehouden 16 augustus. Concentratiekamp Neuengamme. Noël Delsoir en Marcel Lagache, Neuengamme. Robert Lagache, Sandbostel of Bergen-Belsen. Zeker weten we het niet. Maurice T’Sobbel, Neuengamme. Net als Maurice Vandenhoucke.

Onze strijdvriendin Elisabeth Cantillon, aangehouden in Ronse op 24 april, concentratiekamp Ravensbrück. Armand François Tardy, Buchenwald-Weimar. Firmin De Riemaecker, concentratiekamp Bochum. August De Ridder, aangehouden in Saint-Sauveur. Vermoedelijk concentratiekamp Gross-Rosen. Armand Derniest, aangehouden in Dergnau vorig jaar, op 30 juni 1943. Geëxecuteerd twee maanden later in Casteau.

Adolphe Hullebrouck, directeur van de Technische School. Aangehouden op 19 januari ’44. Concentratiekamp Essen.

Héribert De Loose. Concentratiekamp van Triestewitz, Kreis Torgau. Romain Jouretz, tuinman en rechterhand van Marcel Lermusieau. Concentratiekamp Harzungen. Léon Bourlez. Ellrich. Urbain De Keyzer. Dachau. Xavier Delouvroy. Bergen-Belsen. Arthur Desmedt. Buchenwald. Georges Dutranoit. Bergen-Belsen.

Fernand Gyselinck,
voorzitter van
het Rode Kruis van Ronse.
Buchenwald.


Henri ’t Kint, concentratiekamp Ellrich. Net als Lucien Ferbus. Gilbert Dutranoit. Aangehouden in Ronse op 24 juli 1944. Geëxecuteerd in Oostakker op 24 augustus 1944. Net als Albert Geens, Emile Geens en Gaston Verdonckt. Roger Bastien. Aangehouden op 23 augustus en als werkweigeraar weggevoerd naar Neuengamme samen met vele andere Ronsenaars. Marcel Beatse, Sandbostel. Julien Belijn, aangehouden als verzetsstrijder. Weggevoerd naar het concentratiekamp van Ravensbrück.

Ik duizel van mijn puzzel. Maar we moeten doorgaan. De moed van onze stadsgenoten mag niet voor niks zijn. Voor hen. Voor onze stad.

*

Zoveel stadsgenoten lieten ook al het leven als soldaten van het Belgisch leger tijdens de achttiendaagse veldtocht. Joseph Cousement, priester. Bezweken aan zijn verwondingen in Lichtervelde. Félicien Crucke, dood in Oostwinkel. Roger Deleurere gestorven in Forville. Armand Depraetere, gesneuveld in Gothem. Edouard Halm, Duinkerke. Julien Martens, bezweken aan zijn verwondingen in Luik. Ivo Murez, dood in Tielt. Gilbert Provost, gesneuveld in Averbode. Achille Ruyffelaere dood in Veldwezel. Robert Sanspeur overleden in Blankenberge. Roger Schiettecatte in Gent. Adelin Thiry in Berck-sur-Mer. Lucien Van den Hove in Vroehoven. Maurice Vanderhaegen, bezweken aan zijn verwondingen hier in Ronse op 24 augustus 1940. Jospeh Vanopbroecke in Tielt, Roger Verheecke in Borgloon. Petrus Van Haezelvelde op het slagveld in het Franse Arques. Gilbert Verleyen bezweken aan zijn verwondingen in het hospitaal van het Franse Roanne. Kamiel Verroken in Tessenderloo. Gustave Vandevijvere, gestorven hier in Ronse op 16 juli 1940. Hubert Vandenbossche is gestorven in de schipbreuk van de boot die de Belgische krijgsgevangenen naar Duitsland moest brengen op 30 mei 1940. Albert Haustraete is dood in Düderstadt op 25september 1940. Jean Vander Donckt is gestorven in Watenstadt op 12 november.

*

Via ons netwerk naar en van Londen verzamelen we ook informatie over het lot van onze stadsgenoten die de strijd tegen de nazi’s voortzetten aan de zijde van de geallieerde strijdkrachten.

Julien Delange. In zee gestort op veertig mijl van de Algerijnse stad Oran op 11 november 1943.

Gilbert Malrait. Neergehaald boven Roemenië als luitenant-vlieger van het Amerikaanse leger. Voor zijn laatste opdracht op 4.4.’44 was hij navigator van een B-24 Liberator, een vliegend fort met William Thieme als piloot. Ze zijn opgestegen van de basis van Grottaglie, in de Italiaanse laars voor een missie met als doel het rangeerstation van Boekarest. Doelwit waren de zeer streng bewaakte olieraffinaderijen van Ploesti. Het toestel van Malrait werd geraakt door luchtafweer van de nazi’s.

Georges Liveyns. Verdwenen in het luchtruim boven Oostende op 1 juni 1942. Hij was vliegenier van de Belgische afdeling van de Royal Air Force.

*
Onze strijdmakker Théo droomde er altijd al van zich op een dag in te lijven bij de RAF. Ondertussen ontwikkelde hij met Victor in zijn clandestiene donkere kamer in de Wijnstraat grondplannen voor de geallieerde vliegeniers. Theo zal nooit piloot worden. Terwijl hij daar wegkwijnt in de kampen met Victor, Gilbert, Jean en alle anderen zetten wij hier de strijd voort.

Ik weet niet of God met ons is. Als hij al bestaat, dat hij dan vooral genadig weze voor onze maats in de kampen. God moet nu maar eens weten wat hij wil. Het goede of het kwade. Zijn vertegenwoordiger op aarde Pius XII, zwijgt in alle talen. Zijn heiligheid zwijgt om bestwil. Het minste kwaad? Uitroeiingskampen met schaduwen van mensen erin. Wandelende lijken. Dit is wat mijn rapporten me nu vertellen. Zal ik ze jou doorseinen, Gott?

'De Nalatenschap’. Roman.
Copyright: Stef Vancaeneghem.
(Hoewel 'De Nalatenschap’ gebaseerd is op historische feiten en authentiek bronnenmateriaal, gaat het hier om een literaire interpretatie. Verantwoording van de bronnen cfr.9.08.2008)