28 oktober 2011

OVER LEVEN IN RONSE

RONSE KOEST
AAWNOARDE BLOEST


Marijke Libert bezit één van de beste pennen van de Vlaamse journalistiek en is Aawnoarse. Als ze door De Standaard gevraagd wordt een verhaal te schrijven over de Ronde van Vlaanderen, krijg je inside van de bovenste plank . Marijke liep immers school in ’t Kloosterke op twee stappen van ’t Collezie waar ook ‘Woutie’ Vandenhaute zat en dat was toen al een straf pateeke. Reed leraren klem met onbuigzame argumenten in plat dialect en zonder plastronk op ’t mondeling examen. Marijke beschrijft heel veelzeggend hoe Oudenaarde gestadig groeide rond een as van sterkmakers als Woutie, Willy Naessens en burgemeester Marnic Demeulemeester. Naessens bezit (naast tientallen bedrijven) op den Aawnoardsen markt ook de vier P’s: Pomme d’Or, Parma, Priorij van Elsegem en Pagora. Terwijl Woutie zich van aanbrenger in Morgen Maandag ontpopte tot grote mediatycoon en onderwijl ook de Ronde in zijn portefeuille mikte heeft Marnic als hardwerkende jongen van de rand ( ergens tussen Moater, Waalden en Nederienoame) de thuisbasis Oudenaarde gaandeweg haar glorie geschonken. Eerst haalde hij daartoe het Centrum van de Ronde binnen dan de Ronde zelf.

Jarenlang hard aan doorgewerkt, vertelt hij me in het Congrescentrum Glorieux in Ronse waar hij als een sportieve ‘winnaar’ de presentatie van de 'Grote Prijs Mario De Clercq' komt bijwonen. In aanwezigheid van alle goden van het wielrennen. Plus de koning van het urenlang (uit je nek) lullen Michel Wuyts.

Marijke Libert in haar verhaal: ‘Aawnoarde. Deze stad die zich wat hautain tegen de Scheldeboorden opgooit, met haar skyline van gotische torens, haar kantwerk van kantelen, haar trapgevels en steunberen…’ En Marnic die van den arrivee aan den Donk een Champs Elysées in het klein wil maken. On peut toujours rêver.


Zoveel mag ons door dit verhaal als Ronsenaars duidelijk zijn. Aawnoarde heeft aan Woutie ne ferme peetie. Aan Willy een Golden Holding (GH) en Marniekie is genen wietie. We kunnen er als Ronsenaars nog wat van opsteken. Wie zich geroepen voelt de komende decennia Ronse de grandeur van weleer te geven, zal geweten hebben hoe het werkt.

Onze eigen Woutie hebben we al: Luckie Vandenabeele van Ronse Koe(r)st. Een geweldige pen om Ronse te promoten hebben we ook al klaar zitten, bij Knack.Be met uitlopers naar 'De Morgen' en 'Terzake'... Nu nog de Willy overtuigen dat de stoesie vaan Ronse ook een schone plek wordt om te investeren. Voor een Pomme d’Amour. Een Pomme d’Api. Een Pommerol. En een Pommelé.

* Uitstraling, intrinsieke klasse en kennis van zaken lijken Patrick Boel, de nieuwe zonechef van de Ronsese politie, niet vreemd. Zo komt het me voor bij een eerste kennismaking. Voor alle duidelijkheid: tijdens een korte informele babbel in het congrescentrum. Ziet Ronse best zitten, zo vertelt hij me. Wil hier ook komen wonen. Zo mag ik het graag horen. Welkom in Ronse. Geweldige stad. Lieve, hartelijke mensen. Hij is Waaslander, van Sint-Niklaas. Pendelt nu nog even naar het Brugse (als ik goed geluisterd heb). Maar wil dus best wel zo snel mogelijk Nieuwe Ronsenaar worden. Bijna zestig politiemensen voor het Ronsese korps waarvan hij de kersverse leiding krijgt, is te doen. Al kan er natuurlijk altijd wel eentje bij. Meer blauw op straat moet kunnen door het wegwerken van de paperassenberg en de verlichting van adminstratieve taken. Klare visie die overigens perfect aansluit bij wat de regeringsonderhandelaars in Brussel daarover federaal ook vinden.

Onze eigen Woutie hebben we al: Luckie Vandenabeele van Ronse Koe(r)st. Een geweldige pen om Ronse te promoten hebben we ook klaar zitten, bij de Knack.Be. met uitlopers naar 'De Morgen' en 'Terzake'... Nu nog de Willy Naessens overtuigen dat de stoesie vaan Ronse ook een schone plek voor voor een Pomme d’Amour. Een Pomme d’Api. Een Pommerol. En een Pommelé.

* Van die federale onderhandelingen gesproken. Paul Carteus van de NV-A meldt me dat hij een open brief heeft geschreven aan Di Rupo en aan de onderhandelaars van hun Vlinderakkoord. Carteus vindt dat de faciliteiten moeten afgeschaft worden. ‘Maar ze steken daar liever het hoofd in het zand. Wij willen werk maken van een gastvrij, warm en Vlaams Ronse. De gevestigde en nieuwe Ronsenaars zullen hier met respect voor elkaar hun plan trekken en ondanks de onderhandelaars Ronse opnieuw uit het dal halen'.

Uit het dal? Zitten we hier dan niet goed misschien in ons dal? Mei duzend leuchtsies in de naacht? Veel mooier dan die Champs Elysées van Aawnoarde. Mijn gedacht.

(Blogboek van de Renaixance)