21 februari 2012

DANSEND OP DE PUNT VAN MIJN PEN

KEKT 'T KLOERT IEN RONSE...


Jullie massale stormloop voor Tavi – alles uitverkocht nog voor de premiere - komt er niet zomaar. Met zijn 'burgemeesterschap' eisen we als Ronsenaars onze eigen volksaard weer helemaal op. Onze herwonnen trots. Onze fierheid. Na jaren van verguizing en foute perceptie omtrent Ronse.

We doen dat met een lach en een traan. Zoals dat gaat in het leven. Want het leven is zo al niet simpel. En samenleven in een stad als Ronse al helemaal niet. Het gaat ons om onze liefde voor deze mooie stad in de plooi tussen culturen. Ze is oprecht en echt.

Sinds het vertrek van Tavi naar het Paradijs waren we verweesd achtergebleven met al onze mooie dromen van Ronse. Omdat we niet zomaar stil kunnen zitten toekijken, zijn we dan maar op tour getrokken door de stad. Het hart op zak. Met als enig verweer tegenover de verwarring rond Ronse ons geloof in een betere toekomst voor alle Ronsenaars tuupe.

Op tour door Ronse, zeven jaren lang. Op bierbakken in bakkende hitte. Onder luchtblazers van de Kersttent. In overjaarse panden met natte wanden. Bij bompa op zi’n banke. Als lawijtmakers op de jubilee van peepee en meemee. Voor alle goede doelen. Voor alle grote smoelen. In CC de Brouwerij of op een drassige wei. Onder de kerk van de Klijpe en achter die van de Paters. In circustenten vol zatte venten. Onder de gote van d’Hoge Mote. Voor pensioenen en kampioenen. Op den ESKAA en in de kantien van de Assaa. In den Tap en in De Spil. In ’t klein Kapittel en voor ’t groot Kapitaal. Vuir oeze pepaa en vuir oeze memaa. In de Local Unique, de Remington en de Joly. In hangende tuinen en sjieke salons. Tussen dino’s en bobo’s.

Hard labeur was het. Goesting of geen goesting. In goede dagen en kwade dagen. Ik herinner me hoe we daar stonden te zingen van hoe schuune da Roonse tooch kan zoan in de sneeuw onder een tent van het Buurt Informatie Netwerk in de Europawijk. Bij min zoveel graden… op de vooravond van kerstdag terwijl wat verderop...de O’Cool werd overvallen. Het gaf ons een heel naar en dubbel gevoel. We hielden ons toen hard vast aan malkander en warmden ons aan de vriendschap. We trokken ons op aan onze liefde voor Ronse om - ondanks alle shit that happens en ons tot in onze eigen vriendenkring had getroffen - toch maar door te kunnen gaan.

Het heeft ons veel heel veel geleerd over het diepe echte Ronse. Als Tavi vandaag zijn gok waagt naar het vermeende burgemeesterschap, dan zit dat hele Ronse daarin.

Niks is vrijblijvend. Niks gaan we daarbij met zijn allen tuupe, de honderd mensen die meedoen aan ‘Tavi Buirgemiester’, uit de weg. De relevantie zit in een kwinkslag hier en een verzuchting daar. Geen spaander laten we heel van al wat Ronse minder mooi maakt. Geen droom laten we liggen. Al onze verschillen mikken we aan de kant, omdat we met zijn allen tuupe honderd percent voor Ronse willen gaan. Het Ronse- gevoel groeit daarbij zienderogen dag aan dag en dat is het geschenk dat we van jullie massale respons terugkrijgen in een lachsalvo, een spontaan applaus, een staande ovatie.

Alles wordt daarbij gezegd en zo nodig uitgeschreeuwd over Ronse. Het positieve door Tiefanie. Het andere door Mathilde. En de hele synthese, alles waar wij met zijn honderd op de planken van de honderdjarige VTV vandaag voor staan in die finale pakkende speech van Tavi zelf.

Al die jaren waren jullie op de afspraak om ons verweer voor Ronse te volgen en te steunen. We hebben met zijn allen heel veel naar jullie geluisterd. Vele verhalen die we vertellen zijn levensecht (de droom van Cannau Twie hier op de foto en zoveel meer). We hebben al het verdriet van Ronse in de wasmachine gestoken, dan door de zwierder gedraaid. En zie, Tavi wast witter dan wit. Het is het wit van de hoop, de vriendschap, de vrede, de verdraagzaamheid, het wederzijds respect en de liefde voor Ronse die we met jullie willen delen.

Na de stormloop van de 4.400 gelukkigen die een ticket konden bemachtigen, na de leute, na het gezang en de dans begint het echte werk tuupe vuir Ronse.

Maar neem het van me aan, die oproep van Tavi op zijn bakske zal nog lang, heel lang nazinderen. Het zal nooit nog zijn als vroeger.

Want kekt: ’t Kloert ien Ronse.


(Foto Yannic Vancaeneghem)