01 februari 2012

DE RECONSTRUCTIE


4.

Het staat op pellicule en zit in gigantische metalen kokers van de Cercle Cinématographique. Het vertrek van de ‘nonettes’ lijkt op hun vlucht uit de Congo Belge na collectieve verkrachtingen door de Simba’s. Mère Supérieure heeft een kap zo groot als Zuster Kamikaze in Le Gendarme de Saint-Tropez. Waarbij hoofddoeken, die je vandaag bij elke totale uitverkoop in Ronse ziet, op dartele bandana’s lijken. Geen haan die er dan om kraait, om die kappen. Ha nee want dat zijn de dienstmaagden van Onze Lieven Heer. Dat is de fine fleur van ons ene ware geloof. Uitgedragen door Monseigneur Callewaert. In zijn zwarte limo met chauffeur komt hij die zondag de poort van het Bisschoppelijk College binnenrijden. Een klets voor het vormsel. Een aai op het bleske dat Coiffeur Torkie mei zien eurgookie zo schoon recht voor je getrokken heeft. Nee geen kat die er dan graten in ziet. Want de drie G’s regeren het land. Morgen als Callewaert weer weg is naar zijn Bisdomplein in Gent, zullen gefrustreerde priester-leraren uit Sint-Lievens-Esse en erger de betere burgerjongens die het ook niet kunnen helpen dat hun papa notaris is weer naar believen kunnen treiteren.

Van ‘de Roosten’ zoals de superior op de schoolkoer wordt genoemd is dan weer bekend dat hij de machtigen der aarde in ’t algemeen en die van Ronse in ’t bijzonder slijmt. Er zijn ook schitterende leraren met veel liefde voor hun vak. Ze doen je de klootzakken van dienst vooraan vergeten. Ook als die zomaar puur voor de lol je communievulpen door het raam keilen.

De drie G’s. God. Geld.
En de derde G, waaraan gekrabd wordt als het jeukt.

Gretig gesubsidieerd, ondersteunt de culturele wereld of wat daar wil voor doorgaan de hele zuilengalerij Grote Verhalen. Katholicisme. Socialisme. Liberalisme. Van de enige bekende communist van Ronse Gaston Vandekerkhove is vooral bekend dat hij de nazikampen overleefd heeft, daarover niet onverdienstelijke dingen heeft geschreven en naast Van Overtveldt-Weymeels Brandstoffen zijn eigen hout-en plastic-handel runt: bovenaan de Bredestraat alwaar de Stadstuin nu tot beneden aan de Kloef totale kaalslag veroorzaakt.

Weg de Fietsen & Motocycletten Demeyer.
Weg de coiffeur pour dames met zijn exclusieve haarlak.
Weg Café Musical met hoempamuziek en boel op zondag.
Weg de camions van Stas-Delooze die dan ze nog geen Datra heten.

Absolute waarden. Convictions en convenances. Welwelwel. Die van het Vermeylenfonds en Hostekring worden neerbuigend bekeken door het alleenzaligmakend Davidsfonds. Vanwege zoveel meer leden en ‘consultanten’ die de deuren van de leden platlopen met hun aanbevolen lectuur. Bergen leesvoer. Nihil obstat. Ontvoogding van het volk via gestroomlijnde bevoogding.

Eind de jaren zestig van de vorige eeuw zie je hier de eerste Tunésiens stranden onder een handgebreid mutske op de getaande kop in hun lange grijze wat afgedragen par-dessus. Aan de Oude Dragonder bezoek ik hun zelfverklaarde burgemeester Missieu Mohammed Gammoudi. Hij ontvangt me gastvrij in zijn beste kamer van naar schatting twaalf vierkante meter. Min het tweedehandsstoofke en een fauteuil uit de Openbare Verkoop voor ‘t stadhuis. Hij heeft last van de longen door ’t klimaat en werkt zoals de anderen bij Utexbel. Iedereen content niks geen problemen. De Belgen hebben hem via d’ambassade de Belgique gevraagd van hier te komen werken. Dat kwam hem goed uit. Een hele nest kinderen: fais-moi du couscous. Vijf jaar later zie ik hem op de markt. Oliecrisis. Autoloze zondag.

‘Missieu Stéphane,
nous avons le pétrole.
Un jour nous tiendrons le monde.’

Veel van de Tunésiens zijn hier sindsdien in alle peis en vree oud geworden. Voorbeeldig. Met een schepen van Integratie als bewijs van zelfvervulling. Niks voor nodig dus om zoals de NVE (De Nieuwe Vlaamse Elite) kindjes uit de Ronsese scholen te gaan plukken om de lieverdjes af te schermen op 'veilige' blanke eilandjes die hen daar dan wereldvreemd en 'allochtoonvrij' kweken. Heel kwetsbaar voor de uitdagingen van morgen.

Het Ronsese onderwijs respecteert zoals elk onderwijs de eindtermen. Al de rest, dat vluchten voor de realiteit, dat struisvogelgedrag is puur elitarisme en bescheten opportunisme. De mensen van het Ronsese onderwijs – overheen de netten - hebben het natuurlijk niet altijd gemakkelijk. Met soms bazige, aanmatigende probleemouders en al eens heel agressieve macho's van papa’s. Maar ze leven wel in de realiteit van de wereld van vandaag. En ze werken plichtsbewust op het terrein van morgen. De nieuwe elite vlucht voor zichzelf naar nergens. Op een eiland dat alleen nog bestaat in hun zelf bedachte ideale waanwereld. Ze maakt zichzelf wat wijs en kweekt ondertussen haar wereldvreemde broze plantjes. Heel heel kwetsbaar.

Godsdienstwaanzin. En het omgekeerde ervan. Vandaag zie je in Ronse hier en daar een nepkerk, een of ander Huis van God. Geestelijke wellnesscentra, met zweverig gewauwel voor een wereld zonder diepte en de valse hoop op redding in een hiernamaals dat het ervoormaals verdoven wil met angst.

Als de begrafenisondernemer zijn Rouwcentrum neerpoot aan ‘Het Witte Paard’ boven Hogerlucht, komt er straks allicht zelfs een nieuw tempeltje voor de logebroeders. Want ik zie ze daar dan niet direct in hun schortje met passerken en bouwkundige parafernalia op zomerzonnewende-dagen een varkentje aan ’t spit draaien, naast de dierbare overledene van de dag.

Ondertussen hollen de Fiertelkannunik en de deken van de ene lege kerk naar de andere. Voor een laatste eerbetoon alhier en kijk hier zie, toch nog eens een katholieken trouw aldaar. Zonder toeters en bellen door de straten van Ronse.

*

Maar voorlopig trekken de Zusters van Liefde dus weg uit het hospitaal. Er wordt een indrukwekkende cortège opgezet. Veel Geel & Wit. De kleuren van het Vaticaan. Uitgeleide met de drumband van den Tap. En alle Pax Christi-drapoots net niet halfstok. Een speech van een of twee van de katholieke notabelen.

‘Notre Sainte Mère l’église catholique et apostolique.'
'Adieu chère Soeur Marie-Louise’.

Schande over het goddeloze geuzenbestuur van Ronse dat zoiets tolereert. Wat zeg ik: provoceert.

Le chagrin des Renaisiens.
Dieu est à nos côtés.
Des larmes. Dans de la dentelle de Bruges.

Veel tranen, geen krokodillen. Ronse is rood. En dat zal hier nog eens dik in de verf gezet worden. Met gebeitelde namen op marmeren inhuldigingsplaatjes. Een nieuw Burgerlijk Hospitaal. Hoger dan de radars van d’Americains in Flobecq. De skyline van Ronse, voor het eerst doorprikt met een building vol burgermanstrots. Geen zoveelste kerktoren. Burgerlijk Ziekenhuis. Ni Dieu ni Maître. Eindelijk een stervensplek voor wie op zijn gemak wil dood gaan. Zonder paster aan zijn lijf en een kruiske op zijn voorhoofd. Dokters van de Broederschap der Mensen. Onder Kinderen van Hiram.

(Alleen Meneer Amelinckx zal er later in slagen de skyline in het dal mee te domineren aan het station. Zoals later 'Les Moulins Spileers' in Anvaing dat zullen doen voor de hele vallei. Als tussenstop naar de vijf imposante kathedraaltorens van Doornik).

Het lijkt op een vlucht van de nonnen door de Ronsese Rode Zee. Weg naar veilige oorden, ter hoogte van de grot van Oostakker. De laatste ziekenzusters van het hospitaal worden begeleid tot aan de stadsgrenzen. Allemaal uitwuivende kindjes langs de kant. Schooluniformpjes. Het is het begin van de grote religieuze leegloop die voortduurt tot op vandaag. Eerst de zusters van het hospitaal. Dan de priester-leraren van het College. Dan de Arme Klaren van Nancy. Dan de onderpasters van het oude Hermes Kapittel. Dan de paters van de Barrière de Fer. Nu de Broeders van Liefde.

Lege kloosters. Lege schoolgebouwen. Lege kerken. En een lingerieshow in de crypte. Wie niet content is, kan Ronse verlaten. Om dan, zoals directeur Croksken van de Broeders, nog liever dood te gaan dan hier uit Ronse weg te zijn. Want oude bomen verplant je niet.

‘De Reconstructie’. Digitale tijdreis.