29 juni 2012

TOEVALLIG HEDEN

ELEMENTAIRE DEELTJES

‘Steefie, weet gij al wa da poepen is?’

Het was een dag als deze. Veelbelovend. Twee maanden vakantie voor de boeg. En vanochtend al meteen een super programma. Eerst om sigaretten op onze weg naar school. Hij groene Michel zonder. Ik Gold Leaf met filter. Daarna proclamatie in de turnzaal. Bollen mikken naar blik aan kraampjes op het schoolfeest. Dan naar De Vuilhoop. Liters limonade met muilentrekkers. Decameters zwarte elastiek van bij Schele Fons.

Bij 'poepen' dacht ik aan 'kletsen' op je kont. Na de bevrijding der parkieten uit de grote volière.

‘Ja. Kletsen op uw gat.’

Hij bekeek me als was ik een hottentot in het Kongodorp op de Expo’58. Stelde voor dat we onze schoolroute wijzigen zouden. Langs de Oude Dragonder door het Fabrieksstraatje. Daar zou hij onthullen ‘wa da poepen is’.

‘Eerst kruipen uw ouders bijeen’.
‘Dat zal niet gaan’, onderbrak ik hem.
‘Hoe neen ?’
‘Neen’.

Hij bekeek me alsof mijn vader er vandoor was met Georgette Paraplu.

‘De mijne doen het elke avond, als ze denken dat ik slaap’.

'Ah bon?' zei ik. Achteloos. Al wist ik bij de Heilige Antonius niet wat hij bedoelde met ‘het’.

‘Ik hoor ze dan veel leute hebben, terwijl ze denken dat ik al slaap.’

‘Mijn vader is dood’, zei ik.

(Mijn moeder viel elke avond in slaap met ‘Nous Deux’ of 'Intimité', boekskes die ik voor haar diende te halen bij René Messiaen naast de Christen Volksbond).

Met linkerduim en wijsvinger maakte hij een cirkeltje. Liet dan de rechterwijsvinger op en neer dansen in het nulletje.

‘Zo’, zei hij.

Ik haalde de schouders op. Deed alsof hij me niks leerde wat kon bijdragen tot mijn algemene ontwikkeling. Op mijn kamer had ik toch de tien delen staan van 'Zoek Het Eens Op'. Of niet soms? We kwamen nu en dan op elkaars kamer voor de uitwisseling der huiswerken. Hij had een prachtige nieuwe kamer: met boekenkast van bij Meurop.

Voor wetenschappen en wiskunde was hij de absolute genius van de klas. Zeg maar: van alle klassen. Van de hele school. Later zou de deeltjesversneller van Genève voor hem geen enkel geheim kennen. Gaandeweg verloren we mekaar uit het oog. Maar toen ik ‘Elementaire Deeltjes’ van Michel Houellebecq las, moest ik voortdurend aan hem denken.

Gisteren zag ik hem terug. In het journaal. Met allemaal andere kernfysici introduceerde hij Prins Filip in de geheimen van het geavanceerd kernonderzoek. Even leek het me of hij met de linkerduim en wijsvinger een cirkeltje maakte en met de rechterwijsvinger...

Het zal mijn imaginatie geweest zijn.

‘TOEVALLIG HEDEN.’ Roman online.